Staatssecretaris Paul Blokhuis (Volksgezondheid) is “volop bezig” met het aanpassen van regelgeving om mensen met ernstige psychische problemen te helpen. “Ik ben in gesprek met betrokken organisaties die hulpverlening bieden. Het gaat om een heel kwetsbare doelgroep waarbij het soms heel moeilijk is om de juiste hulp in gang te zetten”, reageert de staatssecretaris op een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV).
Hij zegt de wet langdurige zorg te willen aanpassen zodat ook mensen met psychische klachten er gebruik van kunnen maken. Dat is nu niet het geval. Ook wil hij ervoor zorgen dat deze mensen hulp thuis kunnen krijgen in plaats van in een instelling.
Blokhuis noemt de conclusies in het rapport van de OVV heel herkenbaar. Volgens de raad is de veiligheid van mensen met een ernstige psychische aandoening en die van hun omgeving onvoldoende gewaarborgd in het huidige zorgsysteem. Dat komt doordat zorgverleners met verschillende systemen werken om gegevens vast te leggen. “Informatie delen is al jaren een ingewikkeld punt”, aldus de staatssecretaris.
Dure zorg
De OVV stelt ook vast dat de lange wachttijden in de ggz de toegang tot passende zorg en hulp belemmeren. Daarbij stellen de onderzoekers vast dat deze zorgaanbieders zich “terughoudend opstellen” in het aanbieden van deze relatief dure zorg.
Koepelorganisatie GGZ Nederland herkent de knelpunten en zegt dat zorgverleners informatie moeten kunnen uitwisselen om hun werk goed te kunnen doen. “Samen met de beroepsorganisaties spannen wij ons in om dit mogelijk te maken.” De organisatie kan zich ook “vinden in de aanbeveling van de OVV om een aparte gezamenlijke aanpak met één financiering te ontwikkelen voor de groep mensen met een ernstige psychische aandoening.” (ANP)