GGzE gaat samen met de Tilburg University en de Technische Universiteit Eindhoven onderzoek doen naar de geestelijke gezondheidszorg (ggz). Dit gebeurt in de academische werkplaats ‘Technological and social innovation for mental health’.
De ggz ziet zich volgens de initiatiefnemers van de werkplaats geconfronteerd met uitdagingen als een hoge werkdruk, een hoog ziekteverzuim, stijgende kosten en een significant tekort aan geschoold personeel. GGzE en de Brabantse universiteiten zien uitkomst in sociale innovatie en de introductie van meer technologie. Marie-Louise Vossen, lid raad van bestuur GGzE: “Zorg kan niet zonder onderzoek en innovatie om continue een verbeterproces te waarborgen. Samenwerking tussen TU/e, TiU en GGzE is in dit opzicht een mooi, nieuw initiatief dat de horizon van onderzoek, innovatie en praktijk weer kan verleggen.”
De drie organisaties willen via de academische werkplaats het “innovatief vermogen en innovatief zorgaanbod van de geestelijke gezondheidszorg versterken”. Hierbij wordt onder meer ingezet op e-health en serious games voor huidige en toekomstige cliënten en burgers in het algemeen. Ook gaan de partijen onderzoeken hoe de omgeving van de ggz “meer mensgericht en helend” kan worden. De gebouwen en het ontwerp van het landgoed de Grote Beek dienen hierbij als voorbeeld. Ook wordt onderzocht hoe cliënten met behulp van nieuwe technologieën een actievere rol en meer regie kunnen krijgen bij hun behandeling.
Technologie
Volgens voorzitter Jan Mengelers van de TU/e bevestigt deze academische werkplaats de groeiende rol van technologie in de medische sector. “De TU/e heeft gezondheidszorg als één van haar strategische speerpunten. Wij zijn overtuigd dat ons wetenschappelijke onderzoek en onze kennis een grote bijdrage gaan leveren in de ggz.” Ook rector magnificus Emile Aarts van TiU is enthousiast over de krachtenbundeling: “Onze universiteit juicht een dergelijk samenwerkingsverband tussen kennisinstellingen en sociale partners van harte toe en is verheugd een maatschappelijke bijdrage te kunnen leveren aan een belangrijk vraagstuk als zorg en de organisatie ervan, waarover wij veel expertise in huis hebben.”