Het verandertempo in de zorg ligt te laag om uitdagingen als kostenstijgingen, vergrijzing en krapte op de arbeidsmarkt het hoofd te bieden. Dat stellen de initiatiefnemers van de Hospital Leadership Academy. Ze vrezen bovendien dat de huidige roep om inperking van marktwerking de veranderkracht nog verder zal fnuiken.
“We maken ons zorgen over de richting waarin de zorg zich nu beweegt”, zegt Michel van Schaik, directeur gezondheidszorg van de Rabobank, en één van de mensen achter het platform voor dialoog dat de Hospital Leadership Academy wil zijn. “Het lijkt wel of we terug gaan naar het verleden; je mag niet meer over marktwerking praten. In plaats daarvan proberen we alles weer te regelen in publiekrechtelijke structuren.”
“De zorgsector is in zijn huidige vorm niet toekomstbestendig”, waarschuwt Van Schaik. “Kijk maar naar de feiten: de kosten van de zorg stijgen alleen maar, de wissel die de sector op de arbeidsmarkt trekt is enorm, de wachtlijsten groeien weer en de adoptie van technologie verloopt traag. Het tempo waarin de zorg in staat is om zich aan te passen aan een snel veranderende samenleving ligt te laag.”
Ontkenning
Dat politiek, sector en samenleving ogenschijnlijk collectief de ogen sluiten voor het gebrek aan toekomstbestendigheid, vindt advocaat Willemien Bischot van Van Doorne Advocaten, ‘onbegrijpelijk’. “Het wordt niet opgepikt dat de zorgverzekeraar de zorgpremie al jaren kunstmatig laag houdt. We zitten nog in de ontkenningsfase, maar dit probleem zal zich de komende jaren in grote heftigheid aandienen.”
Eigenaarschap
Dringt zich de vraag op waarom betrokken belanghebbenden niet of te langzaam reageren. “Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met het ontbreken van eigenaarschap”, aldus Van Schaik. “Een bestuurder of commissaris is verantwoordelijk voor de continuïteit van de eigen onderneming. Maar voelt hij of zij zich ook verantwoordelijk voor het betaalbaar en toegankelijk van de zorg in de regio of horen zulke vraagstukken bij de minister of de zorgverzekeraar? Er wordt nog te veel langs systeemlijnen gedacht en gewerkt. Dan krijg je discussies als: zijn we voor of tegen marktwerking? Terwijl we het over dit soort ideologische dingen hebben, wordt er ondertussen relatief weinig gedaan aan die veranderagenda.”
Persoonlijk
“We maken het niet persoonlijk genoeg”, vindt headhunter Jochem Overbosch, senior partner van Odgers Berndtson. “De laatste dertig jaar is er een trend van institutionalisering geweest waarbij niemand meer echt verantwoordelijk was voor prestaties op het terrein van kwaliteit en financiën.”
Belang
“Het probleem met eigenaarschap is dat degenen die belang hebben bij innovatie, te weten zorgverzekeraars en centrale overheid, want die beheersen macrokosten, niet de doorzettingsmacht hebben op de plekken waar het moet gebeuren, namelijk in de ziekenhuizen”, vindt Bischot. “En de ziekenhuizen hebben misschien wel te weinig belang bij de innovaties die nodig zijn, omdat dat die potentieel leiden tot eigen krimp, of daling van het inkomen van medisch specialisten.”
Gevoelig
Zo houden stakeholders elkaar doorlopend gevangen, constateert Van Schaik. “De patiënt heeft het meeste vertrouwen in de dokter. Als een verzekeraar vindt dat een ziekenhuis dicht kan, maar de dokter vindt van niet, dan heeft de patiënt de neiging om naar de dokter te luisteren. Ook al is dat voor de kwaliteit en betaalbaarheid van de zorg op langere termijn niet verstandig. Dus ook de burger zit in zekere zin in de weg bij de transformatie naar een toekomstbestendig stelsel. En de politiek is weer erg gevoelig voor het oordeel van de burger.”
Hoe deze vicieuze cirkel te doorbreken? “De patiënt zal uiteindelijk verandering gaan eisen”, gelooft Overbosch. “Doordat er steeds meer transparantie komt over wat beter zou kunnen, zowel aan de diagnose als de behandelkant, zal de patiënt veel meer regie gaan voeren over wat goed genoeg is. De technologie lijkt er aan te komen, maar we missen nog een Uber-moment.”
“We moeten wel een systeem hebben dat degenen die dat voor de patiënt het beste doen beter beloond worden dan degenen die minder goed luisteren naar de behoefte van de patiënt”, vult Bischot aan. “Dat systeem hebben we nu onvoldoende en dat werkt remmend.”
“Dan ben je bij een ander soort marktwerking, waarbij de kwaliteit bepalend is”, reageert accountant Jochem Dijkstra van KPMG. “Wij zien dat organisaties die verantwoordelijkheid bij professional leggen en de patiënt laten kiezen meer geld overhouden.”
Schaarste
“Goede kwaliteit is uiteindelijk goedkoper”, is ook de stellige overtuiging van Van Schaik. “Kwaliteit zou dan ook hét Leitmotiv van de verandering moeten zijn. Er is lang gedacht dat minder geld leidt tot lagere kwaliteit, maar ik geloof eerder in het tegendeel. Als je innovatie wilt bevorderen, moet je het budget flink omlaag brengen, dan creëer je schaarste. En in een omgeving waar schaarste ontstaat wordt het creatief vermogen groter. Daar scoor je als politicus niet mee. Ondertussen geeft een modaal gezin een kwart van het bruto inkomen uit aan zorgkosten en dat wordt alleen maar meer. Ik voorzie dan ook een beweging van innovatieve zorgondernemers die de gevestigde orde van buitenaf gaat uitdagen. Het draagvlak voor nieuwe toetreders zal toenemen als het bestaande zorgaanbod geen adequaat antwoord heeft op de toenemende vraag en behoefte van burgers en patiënten.”
“Je ziet dat veel van de processen die we nu hanteren oplossingen zijn voor de vragen van gisteren of misschien vandaag, terwijl je discussie wilt over de vragen van morgen en daar hoort nieuw leiderschap bij, weg van die procesantwoorden”, gelooft Overbosch.
Deze bestuurlijke impuls begint wat Overbosch betreft bij het besef dat er niet “één oplossing” is. “Het moet een combinatie zijn van aanpassingen in het wettelijke raamwerk én de financiering én winstuitkering én het regelarm maken van verantwoording én ruimte maken voor verschillende soorten strategieën of modellen én ruimte geven aan talent om zich te ontplooien…”
Behalve mentale lenigheid vraagt deze benadering ook om een zekere mate van bestuurlijke ongehoorzaamheid, stelt Van Schaik. “We kunnen uitstekend beredeneren waarom we op elkaar wachten, maar we moeten moreel eigenaarschap tonen om dat te doorbreken. Zijn we bereid om uit onze loopgraven te komen en daadwerkelijk de nek uit te steken. Zelfs als de regelgeving beperkingen stelt, moeten we toch tot handelen over gaan vanuit een eigen besef van moraliteit.”
De Hospital Leadership Academy komt op 25 en 26 juni voor de achtste keer samen. De jaarlijkse bijeenkomst heeft tot doel om de dialoog tussen topcommissarissen in de ziekenhuissector te bevorderen teneinde de zorg beter te maken.
Lees verder ‘Taboes blokkeren debat over toekomstbestendige zorg’