Er zijn grote verschillen in de tarieven die gemeentes berekenen voor zorg. Voor dezelfde zorg betalen hulpbehoevende mensen in de ene gemeente soms tot bijna tweemaal zoveel als in de andere.
Dit blijkt uit onderzoek van RTL Nieuws.
Een voorbeeld is hulp in de huishouding. Als iemand met een indicatie recht hebt op wekelijks drie uur zorg (categorie: huishoudelijke hulp 1), betaalt diegene in het Zeeuwse Sluis gemiddeld 305 euro eigen bijdrage per vier weken. In het Friese Smallingerland kost drie uur huishoudelijke hulp per vier weken maar 177 euro: een verschil van 128 euro.
Tarieven
Of iemand ook echt het volledige bedrag zelf moet betalen, hangt van het inkomen af. De tarieven die gemeentes doorgeven om de verplichte eigen bijdrage te berekenen, lopen onderling sterk uiteen. De aanleiding daarvoor varieert. Sommige gemeentes hebben weinig concurrerende zorgaanbieders in de regio, waardoor ze minder over de prijs konden onderhandelen. Er zijn ook gemeentes die bewust voor wat duurdere zorg hebben gekozen omdat ze tevreden waren over de kwaliteit.
Sommige gemeentes kiezen ervoor om werkgelegenheid te behouden, en daarom alleen lokale verzorgers en verplegers in te schakelen. Ook de locatie speelt een rol. Zo voert Sluis aan dat het één van de grootste plattelandsgemeentes van Nederland is, waardoor een veel uitgestrekter gebied van zorg moet worden voorzien. Dat is volgens de gemeente duurder.
Betaalbare zorg
Illya Soffer, directeur van Ieder(in), een netwerk voor chronisch zieken en mensen met een beperking, vindt de verschillen wel erg groot. “Dat kan niet de bedoeling zijn”, zegt ze. “Dit kan ertoe leiden dat je in de ene gemeente wel goede ondersteuning krijgt en in de andere niet. En dat je in de ene gemeente veel moet betalen en in de andere weinig.” Volgens Soffer zou het niet moeten uitmaken waar je woont. “Je moet overal goede en betaalbare zorg kunnen krijgen.”
De eigen bijdrage die mensen moeten betalen, wordt berekend door het Centraal Administratie Kantoor (CAK). Gemeentes leveren daar de tarieven aan die zij zorggebruikers in rekening willen brengen. Het CAK kijkt vervolgens of de individuele gebruiker ook daadwerkelijk het hele bedrag zelf moet betalen.