Volgens Halsema gaat er verhoudingsgewijs meer geld gaat naar yogamoeders met een lichte depressie, dan naar mensen met echt heel ernstige psychiatrische aandoeningen die dringend hulp nodig hebben, zegt zij in een interview in de Telegraaf.
Grens in zicht
Volgens Halsema is een grens ‘echt in zicht’ wat betreft het aantal mensen met psychische problemen dat in toch al kwetsbare wijken woont. Die mensen zijn volgens haar vaak aangewezen op sociale woningbouw en komen dan ook in wijken terecht met veel sociale woningbouw. Volgens Halsema is dat ook een gevolg van zogenoemde vermaatschappelijking van de zorg. “De gedachte dat mensen moeten kunnen meedoen in de samenleving. Niet opgesloten zitten in de bossen voor hun hele leven.”
Halsema geeft in De Telegraaf aan dat dat op zich een mooie gedachte is, maar dat er dan wel voldoende zorg en begeleiding moet zijn voor die mensen. En daar ontbreekt het volgens haar aan. De burgemeester vindt het voor sommige mensen dan ook beter dat ze naar ‘collectieve voorzieningen’ gaan, “waarin mensen met lichte drang kunnen worden opgenomen, beschermd en behandeld”.
Samenwerken bij psychische problemen
De burgemeester pleit in de krant onder meer voor het terugdringen van de wachtlijsten in de jeugdzorg en voor het versterken van de politie in de wijken. Daarnaast wil ze ook dat de gemeentelijke gezondheidsdienst, de geestelijke gezondheidszorg, de gemeente en politie beter gaan samenwerken in dossiers van mensen met psychische problemen. Maar daarvoor is volgens haar aanpassing van de privacywet nodig.
Ook roept Halsema in De Telegraaf minister Marjolein Faber van Asiel en Migratie op migranten die zijn uitgeprocedeerd daadwerkelijk uit te zetten. En als ze daar niet in slaagt om de gemeenten niet in de steek te laten. Daarmee doelt ze op de bed-bad-broodregeling, die het kabinet wil stopzetten. Met die regeling bieden steden ongedocumenteerden onderdak aan. Halsema vreest dat de “psychische en sociale problemen heel snel verergeren” als die mensen geen dak meer boven hun hoofd hebben. (ANP)
Yiannis.
Ruim 40 jaar geleden was ik de eerste socioloog verbonden aan een stedelijk politiekorps. Belangrijk aandachtspunt was de wijkagent. Was een paar jaar daarvoor ingesteld om in de wijk te surveilleren, maar werd al snel overspoeld door problemen zoals hier beschreven. In hetzelfde type van wijken. Het probleem was en is blijkbaar nog steeds dat een adekwate aanpak nog steeds ontbreekt. Een waar tegelijkertijd en integraal hulp kan worden verleend én de rechtsorde gehandhaafd kan worden. Een dergelijke eerstelijns professional kent Nederland nog steeds niet.
Een tweede belangrijk punt is dat betreffende mensen voor onze zorgverzekeraars ‘slechte risico’s’ zijn. Die houdt men liever buiten de deur. Het overzetten van deze (vaak langdurige) zorg naar de Wlz zou wat dit betreft een aantal problemen kunnen oplossen.