SP-Kamerlid Sarah Dobbe stelde vragen naar aanleiding van het Zorgvisie-artikel ‘Jos de Blok: VWS en NZa hebben Buurtzorg stelselmatig buitengesloten’. Het gaat om gesprekken over de bekostiging van de wijkverpleging en in het bijzonder het gebruik van cliëntprofielen, dat VWS verplicht wilde stellen.
“Ik betreur het dat Buurtzorg deze ervaring heeft”, schrijft de minister in haar antwoord. “Zoals ik in mijn brief van 24 april jl. heb aangegeven, zijn er op meerdere momenten gesprekken met Buurtzorg gevoerd over de wijkverpleging in het algemeen en de bekostiging daarvan in het bijzonder. Net als bij de inbreng van andere veldpartijen kan ik niet garanderen dat gesprekken ook tot andere uitkomsten leiden. Zowel de NZa als ik beslissen op basis van veel informatie, waarvan de inbreng van Buurtzorg een onderdeel is.”
Cliëntprofielen
De verplichting om cliëntprofielen is inmiddels geschrapt, nadat een motie van Kamerleden Fleur Agema en Agnes Joseph werd aangenomen. Een reeds ingezet experiment met de cliëntprofielen gaat wel door. “Ik zal ook bij het vervolg van het experiment, dat gewijzigd zal worden naar aanleiding van de door uw Kamer aangenomen motie Joseph-Agema, weer contact opnemen met veldpartijen, waaronder Buurtzorg”, belooft Helder. Dit laatste zal aan haar opvolger op VWS zijn, omdat Helder inmiddels duidelijk heeft gemaakt dat ze in het nieuwe kabinet niet terugkomt.
Stip op de horizon
Helder zei eerder dat de NZa en Buurtzorg het eens over de stip op de horizon. Daar blijft ze ook in deze beantwoording van Kamervragen bij. De partijen zouden het eens zijn over de bestemming, maar niet over de route daarheen. “Zoals ik in mijn brief van 24 april jl. aangeef, is mijn indruk dat de NZa en Buurtzorg beide het belang inzien van het verbeteren van gegevensuitwisseling, sturen op effectieve interventies en uitkomsten van zorg. Dat is ook mijn ervaring in de gesprekken die de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden tussen Buurtzorg en mijn ministerie. Dat niet alle partijen het eens zijn over de wijze waarop de bekostiging aan deze gedeelde doelen moet bijdragen is ook evident”, schrijft de bewindsvrouw.