Foto: jd-photodesign / stock.adobe.com
De overheidsbijdrage in de arbeidskostenontwikkeling (OVA) moet voor (semi)publieke sectoren zorgen dat de salarissen meestijgen met de inkomens in de private sector. Het percentage wordt vastgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) op basis van cijfers die het Centraal Planbureau publiceert.
De minister schrijft dat de bedragen “extra” zijn, maar in werkelijkheid gaat het om de totale OVA-ruimte.
Onderzoek
“Deze grote ova-ruimte biedt de mogelijkheid voor sociale partners om te differentiëren in contractloonstijging tussen verschillende groepen en ook daarmee de lonen van de middengroep extra te laten stijgen”, schrijft de minister in antwoord op vragen van van de SP.
Zij laat onderzoek doen naare de actuele beloning in de zorg, ook in verhouding tot andere sectoren. Hierin wordt onder meer gekeken op werknemers met een MBO-opleiding uit de zorg stromen vanwege salarisoverwegingen of niet en naar welke sector zij uitstromen. In het najaar komt Helder met de uitkomsten van het onderzoek.
‘Zeer onverstandig’
Verder zou ze het “zeer onverstandig” vinden als de NVZ of een andere partij besluit uit het Integraal Zorgakkoord (IZA) te stappen.
De minister reageert hiermee op uitlatingen van NVZ-voorzitter Ad Melkert. Die vertelde in februari aan Zorgvisie, voordat de nieuwe cao rondkwam, dat zonder bijdrage van zorgverzekeraars en de overheid voor hogere salarissen voor het personeel de ziekenhuizen geen geld meer hebben om de doelen uit het IZA en de Green Deal te halen. “Als ze niet bijdragen, leggen minister Kuipers en de zorgverzekeraars een bom onder het IZA en de Green Deal”, zei hij toen.
Helder benadrukt dat het oplossen van de toenemende zorgvraag, oplopende wachtlijsten, hoge werkdruk en de onder druk staande kwaliteit niet dichterbij worden gebracht als een partij uit het IZA zou stappen. Zij wijst er ook op dat aan het IZA middelen zijn gekoppeld om de transformatie voor partijen mogelijk te maken.
Nieuwe cao
Op 27 maart werd een cao afgesproken tussen de werkgevers en vakbonden voor het ziekenhuispersoneel. Met terugwerkende kracht krijgt het personeel per 1 februari een loonsverhoging van 5 procent. Op 1 december komt daar opnieuw 5 procent bij. Daarbij geldt een bodem van 150 euro per maand en een plafond van 300 euro voor de hogere loonschalen. Vervolgens komt er op 1 juni 2024 nog eens 5 procent meer bij voor werknemers met de laagste lonen. Werknemers in hogere schalen krijgen er dan 2 procent bij en 180 euro.
Vakbonden en werkgevers hebben afgesproken dat ze met elkaar in overleg treden mocht de koopkrachtontwikkeling voor werkenden over 2024 duidelijk en in negatieve zin afwijken van de afgesproken salarisverhoging over dat jaar.
Peter Koopman
Op het totaal van 100 miljard voor het containerbegrip “de Zorg” is 4 miljard: 4% , toch? De loonkloof van de midden inkomens is inmiddels gegroeid naar 10% en de inflatie naar 8%. De Minister schrijft dat het aan de werkgevers is om de loonkloof te repareren. Ook meldt ze dat er een onderzoek loopt naar de mbo zorgberoepen en hun honorering. De loonkloof betrof de salarissen tussen FG 35 en FG 60 ( FWG systeem ). Noemt de Minister dit de mbo zorgberoepen? Het wordt er allemaal niet duidelijker op. Het zal toch niet bewust de bedoeling zijn om verwarring te stichten? Overigens zal in de max. 2 komende regeringsjaren geen oplossing van TK debatten verwacht mogen worden. Naar mijn mening kan de EK in deze periode wel een (bij-)sturende rol van betekenis spelen.
Hans Buijing
De genoemde bedragen zijn niet anders dan de uitkomsten van de berekeningen die ten grondslag liggen aan de OVA. Er komt dus geen extra geld; dit is de jaarlijkse aanpassing op basis van de indexatie. Die is voor 2024 wel hoger dan voorgaande jaren, maar onvoldoende om de achterstanden in lonen (Het SER-buikje van 7% tot 9%) op te vangen, laat staan de verdere achteruitgang van bijna 2% (rapport CBS van vorige week), en helemaal niet om de inflatie te corrigeren. Het tromgeroffel van de ministers is dus afleiden van de aandacht en een weigering om het probleem bij de horens te vatten.
Jorrit Stroosma
Als de zorgverzekeraars nu eens (gecontracteerde) vergoedingspercentages gaan hanteren van tussen de 90% en 100% (zelfs 110% voor topklinisch) van het NZa tarief, dat heeft meer nut dan deze OVA pleisters. Nu zitten ze standaard, zeker voor de GGZ, tussen de 70% en 80% van het NZa tarief.
Je kunt zeker veel aan te merken hebben op het functioneren van de NZa maar hun tarieven zijn goed berekend. Maar ze zijn zo goed berekend dat als je ver onder de 100% gaat zitten ontstaan er snel tekorten, zeker in tijden van stijgende kosten door inflatie.
Maar ja dit spel met de tarieven is het enige echte machtsmiddel wat de zorgverzekeraars hebben in dit verziekte systeem wat ze “marktwerking” noemen, dus dat zullen ze nooit uit handen laten nemen.