De gezondheidszorg is ontegenzeggelijk een belangrijk thema bij de aankomende Tweede Kamerverkiezingen. Dat was al zo en de coronapandemie heeft dit belang het afgelopen jaar nog eens dik onderstreept. Met de verkiezingen nog maar iets meer dan een week voor ze uit, kregen elf kandidaat-Kamerleden in Het Grote Zorgdebat de kans om hun plannen voor de gezondheidszorg te presenteren. De kiezer was er, zoals dat in coronatijd betaamt, virtueel bij. Skipr verzorgde na afloop een nabeschouwing met Jet Bussemaker (RVS) en Armand Girbes (Amsterdam UMC).
Verandering noodzakelijk
De Nederlandse gezondheidszorg staat als heel goed te boek. Toch heerst het gevoel dat grote veranderingen noodzakelijk zijn. De Nederlandse bevolking vergrijst en dat leidt tot een grotere zorgvraag, druk op de arbeidsmarkt, de noodzaak om te digitaliseren en de vurige wens om te snijden in onnodige administratie en verantwoordingsregels. Twee jaar na het sluiten van het preventieakkoord is er bovendien nog maar één kandidaat-Kamerlid dat durft te zeggen ‘Ik eet te veel, maar ik weet dat het mijn schuld is. We weten allemaal dat suiker slecht is’. En dat is Fleur Agema van de PVV.
Beste debater
Boude stellingen als ‘de patiënt moet altijd kunnen kiezen voor digitale zorg’, ‘10 procent van het zorgbudget moet naar preventie’ en ‘de grens van hoeveel mensen er in de zorg kunnen werken is bereikt’ worden door de meeste kandidaten stevig omarmd. De vrouwen van CDA, D66 en GroenLinks voeren het hoogste woord. De kijker beloont via een online stemming D66’er Vera Bergkamp hiervoor met het predicaat beste debater van de avond.
Tegengeluid
Het tegengeluid komt vooral van de kleine partijen en de SP. Ieder jaar sterven 20.000 mensen door luchtverontreiniging, wat doen we daaraan?, vraagt Eva van Esch van de Partij voor de Dieren. Digitalisering moet geen verkapte bezuiniging worden, stelt Tunahan Kuzu van DENK. SP’er Maarten Hijink is de enige die niet bang is om het zorgstelsel in zijn geheel te vervangen. Het gaat te veel over kosten en concurrentie en te weinig over wat zorgverleners en patiënten willen, stelt hij.
Administratie en btw op groente
Het verlangen om dingen te veranderen in de gezondheidszorg delen de meeste kandidaten met elkaar. Hoewel de voorgestelde oplossingen wat uiteen lopen, lijkt iedereen het erover eens dat er te veel bureaucratische rompslomp in het stelsel is. In het debat onderstreept elk van de elf deelnemende kandidaten wel een keer hoeveel tijd zorgverleners kwijt zijn aan administratie. (Veertig procent!) Zo veel overeenstemming is er verder eigenlijk alleen over de btw op groente en fruit. Alle partijen vinden dat die lager of zelfs naar nul moet om gezondheid te bevorderen.
Als iedereen het erover eens is, moet dit probleem van welig tierende administratie toch wel heel gauw opgelost kunnen worden? In het debat herinnert PVV’er Fleur Agema de kijker aan het project Regelarme Instellingen uit 2010, dat in 2012 een stille dood stierf. In de nabeschouwing weet RVS-voorzitter Jet Bussemaker nog goed hoe zij in 2008 de verfoeide vijfminutenregistratie afschafte. Die bleek bij nader inzien toch nog lang niet dood. Hoogleraar intensive care Armand Girbes bracht er een mooi rapport over uit, waarvoor hij een vriendelijk bedankt kreeg. Hij hoorde er daarna nooit meer iets over. Behalve dan in de vijf afgelopen regeerakkoorden waarin mooie woorden over het terugdringen van regelzucht in de zorg stonden.
Radicaal anders
Hoe kom je dan tot echte verandering? Dat is de vraag die Bussemaker heeft gemist in het debat. De praktijk blijkt weerbarstig, het zijn niet alleen overheden en zorgverzekeraars die regels en eisen opleggen. Het zijn ook de beroepsgroepen in de zorg zelf die hier voor een deel verantwoordelijk voor zijn. Het is ingewikkeld en een simpele oplossing is er niet. “Maar het moet radicaal, rigoureus anders”, aldus Girbes.
leovansister
Het viel mij op dat de aanwezige politici de REGIE over de behandeling van de patient vooral of bij de overheid of bij de medici willen leggen. Dat is de eeuwigdurende, verkeerde, discussie. De regie hoort m.i. bij de patient zelf te liggen! Die hoort goed en volledig vooraf geïnformeerd te worden door de medici en met een goed werkend EPD om alles rustig te kunnen (na)lezen en dan zelf een beslissing te nemen. Leo van Sister