Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in hoger beroep een eigenaresse van een particuliere zorginstelling veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur vanwege valsheid in geschrifte. Het hof acht niet bewezen dat de vrouw zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, waarvoor een lagere rechter haar in 2012 veroordeelde.
De vrouw runde een particuliere zorginstelling die onderdak en zorg bod aan cliënten met een persoonsgebonden budget (pgb). Uit de pgb’s werden opname en verblijf van de cliënten bekostigd. Hiervoor moesten veel formulieren worden ingevuld. Die formulieren liet de eigenaresse in vijf gevallen, deels, blanco ondertekenen door de cliënten waarna zij alle gegevens verder invulde en de formulieren inleverde bij de betrokken instanties. Volgens het gerechtshof is dat valsheid in geschrifte.
De zorginstelling maakte erg veel winst, waar de eigenaresse auto’s, sieraden en huizen van kocht. De enige inkomstenbron van de zorginstelling waren de pgb’s van de cliënten. “Dat enkele gegeven is echter onvoldoende om te mogen concluderen dat die winst en de daarmee gekochte goederen door oplichting (of een ander misdrijf) zijn verkregen”, aldus het hof. Uit een diepgaand deskundigenonderzoek is niet gebleken dat de gedeclareerde zorg “in relevante mate” niet is verleend. Om die reden heeft het hof de eigenaresse en haar echtgenoot vrijgesproken van het witwassen.
Hoger beroep
De rechtbank heeft in de zaak van de eigenaresse op 23 maart 2012 beslist dat sprake was van valsheid in geschrifte, oplichting en witwassen. Zij is toen veroordeeld tot dertig maanden gevangenisstraf en tot ontzetting uit ieder beroep in de zorg voor de duur van vijf jaar. De echtgenoot is voor witwassen vervolgd en veroordeeld tot een taakstraf en een voorwaardelijke gevangenisstraf. De verdachten hebben hoger beroep ingesteld.
Het hof vernietigt de vonnissen van de rechtbank. In de zaak van de eigenaresse wordt wel valsheid in geschrifte bewezen geacht, maar niet het witwassen. Oplichting was als zelfstandig feit in hoger beroep niet meer aan de orde omdat de beschuldiging in hoger beroep door het openbaar ministerie was aangepast. Het hof legt de eigenaresse een taakstraf van 180 uur op en spreekt de echtgenoot vrij van witwassen.