Veel hulpverleners die aangifte doen van agressie of geweld op het werk, hebben daar slechte ervaringen mee. Vaak gaat het om represailles van de dader, maar ook om het gevoel dat er niks met de aangifte wordt gedaan. Werkgevers kunnen hier een rol in spelen.
Dat blijkt uit onderzoek naar aangiftebereidheid door de stichting Hulp voor Hulpverleners, dat vandaag is gepubliceerd. Daarvoor beantwoordden 2551 hulpverleners een enquête. De helft daarvan werkt als ambulancepersoneel, politie of brandweer. Maar ook huisartsen, SEH-medewerkers, verpleegkundigen, EHBO’ers en medewerkers in de ggz en thuiszorg vulden de enquête in.
Anoniem
Bijna tweederde van de hulpverleners heeft weleens te maken met geweld of agressie. Ongeveer een derde deed weleens aangifte. Iets meer dan tien procent wist niet dat je aangifte kunt doen van agressie tijdens het werk. Van de aangevers heeft 27 procent negatieve ervaringen. Dat heeft meestal te maken met de dader. Die spreekt de aangever later aan of zoekt hem of haar zelfs op. Blijkbaar weet veel personeel niet dat ze anoniem aangifte kunnen doen, zo stelt de stichting Hulp voor Hulpverleners.
Ziekenhuizen
Maar ook de houding van werkgevers kan leiden tot slechte ervaringen. Medewerkers worden gedemotiveerd om iets te ondernemen. Er zijn zelfs hulpverleners die bang zijn om hun baan te verliezen als zij aangifte doen. In de zorg speelt dat iets minder. “In ziekenhuizen komen werkgevers meer op voor hun personeel. Dus daar zie je dat de aangiftebereidheid iets hoger is”, zegt Jan Franx, voorzitter van de stichting Hulp voor Hulpverleners. “Maar ook hier kan de communicatie beter.”
Ambulancezorg
Franx vindt overigens dat er in de ambulancezorg nog wel een flinke verbeterslag is te maken. “Daar wordt het aantal agressie- of geweldsincidenten nog steeds gebagatelliseerd. Teveel meldingen zou niet goed zijn voor het imago van de sector.” Er zijn in de ambulancezorg nog enkele werkgevers die zeggen ‘het hoort bij je werk’. Maar zo’n houding komt meer voor bij andere sectoren, zoals bijvoorbeeld het gevangeniswezen, constateert Franx.
Schade
Opvallend is dat hulpverleners zeggen niet veel vertrouwen te hebben dat zij materiële of immateriële schade kunnen verhalen op de dader. Zorginstellingen zouden zich bij schade ook kunnen voegen, zegt Franx. “Ze zouden bijvoorbeeld de schade alvast kunnen vergoeden en als instelling aangifte doen.” Dat maakt de aangifte al minder gebonden aan een persoon.
Psychose
En hulpverleners hoeven de daders niet in bescherming te nemen, ook niet als zij ontoerekeningsvatbaar zijn. Franx: “Het is ook belangrijk om aangifte te doen als agressie of geweld is gepleegd door iemand die in een psychose verkeerde. Personeel heeft vaak de neiging om het dan achterwege te laten. Maar om achteraf schade te verhalen heb je toch een aangifte nodig. En een cliënt heeft meestal een goede WA-verzekering. Instellingen moeten dit dan wel goed communiceren met de cliënt.”