Dat schrijft de IGJ na 26 inspectiebezoeken en gesprekken met zorgaanbieders. Het gaat hier om langdurige zorg aan ouderen thuis, die gefinancierd wordt via de Wet langdurige zorg (Wlz). De zorg is veel intensiever dan de ‘gewone’ wijkverpleging, die betaald wordt via de zorgverzekering van de cliënten.
Wlz-zorg thuis is een nieuwe vorm van zorg. Die moet ervoor zorgen dat ouderen langer thuis kunnen blijven wonen. Als de zorg van goede kwaliteit is, is dat ook goed mogelijk. Dan voldoet de situatie thuis aan de wensen en behoeften van de ouderen, aldus de IGJ.
Niet deskundig genoeg
Veel (vooral kleine) zorgaanbieders bieden niet de zorg en ondersteuning die de ouderen nodig hebben, aldus IGJ: “De zorg is niet altijd beschikbaar, of niet deskundig genoeg. Zulke zorgaanbieders bieden dan zorg die lijkt op de wijkverpleging. Terwijl dat toch iets anders is dan langdurige en intensieve zorg thuis.”
Veel zorgaanbieders regelen niet de juiste zorg voor de ouderen en de zorg is niet 24 uur per dag beschikbaar. Of zij hebben niet genoeg deskundige mensen om complexe zorg te bieden. Ook is er te weinig contact met de huisarts, een specialist ouderengeneeskunde of een ggz-deskundige. Soms is er geen wijkverpleegkundige betrokken.
Visie en beleid
De inspectie ziet dat sommige zorgaanbieders voorop lopen en cliënten wèl passende zorg en ondersteuning krijgen: “Die organisaties hebben een visie en specifiek beleid waardoor ouderen langer thuis kunnen wonen. Ze zorgen voor deskundige zorgverleners, samenwerking in een netwerk, 24 uur per dag zorg beschikbaar en aandacht voor welzijn. Ze bieden een breed pakket aan begeleiding, dagbesteding, huishoudelijke hulp, maaltijden, vervoer, verzorging en verpleging.”
Jorrit Stroosma
De IGJ kan hun hele hoofdkantoor behangen met onderzoeken hoe slecht de zorg geworden is de afgelopen 15 jaar en nog zal worden. We nemen het voor kennisgeving aan en bezuinigen nog maar eens 310 miljoen euro.
Peter Koopman
“Verpleegkunde” is veel meer dan steunkousen aantrekken, ook in de thuissituatie. De “thuis/wijk-VERPLEEGKUNDIGE” biedt vakkundige zorg ( zie wet BIG: observeren, indiceren, verzorgen, begeleiden, behandelen en verplegen ). Deze generiek opgeleide professional weet echt of, wat en hoe er hulp geboden moet worden en ook of en wanneer anders opgeleiden ingeschakeld kunnen en/of moeten worden ingeschakeld ( helpenden, verzorgenden, maatschappelijk werk, wijk/huisarts, ouderengeneeskundige, enz.). Waarom dit niet als standaard in de organisatie en bekostiging van professionele zorg zo regelen???