Volgens de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) is het voor de kwaliteit van de zorg onmisbaar “dat er sprake is van goede communicatie, indien nodig via een tolk, tussen patiënt en zorgverlener”. Dit schrijft de inspectie in een brief aan de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV).
De inspectie reageert hiermee op een brief van de LHV, waarin de vereniging de IGZ wijst op de grote toestroom van vluchtelingen met een verblijfsstatus in Nederland. Zij moeten allemaal een beroep kunnen doen op de huisartsenzorg. Deze nieuwe patiënten beheersen het Nederlands en het Engels volgens de LHV “volstrekt onvoldoende” en weten bovendien niet hoe de zorg in Nederland is georganiseerd.
Om de zogeheten statushouders de juiste zorg te kunnen bieden, is de tolkentelefoon “essentieel”. De LHV pleit daarom voor het vergoeden van de tolkentelefoon voor statushouders die nieuw in een gemeente komen en naar de dokter moeten. Zeker de eerste twee jaar zou dit de enige manier zijn waarop veilig zorg kan worden verleend.
De IGZ schrijft het belang in te zien van de inzet van tolken in de zorg en benadrukt dat informed consent een basisvoorwaarde is voor goede zorg. “De inspectie heeft echter geen rol in de discussie over financiering van de zorg. De inspectie kan geen uitspraken doen over de manier waarop tolken al dan niet vergoeden in de zorg.” Wel heeft de IGZ het signaal van de LHV neergelegd bij de minister en zal de brief aan de LHV ook naar de minister sturen.
Structureel vergoeden
De LHV maakt zich al langer hard voor het structureel vergoeden van de tolkentelefoon. Minister Edith Schippers maakte onlangs bekend 4,5 miljoen euro vrij te maken zodat de tolkentelefoon nog twee jaar kan blijven voortbestaan, een structurele vergoeding ziet ze niet zitten. Een aantal politieke partijen ziet dit wel zitten en heeft bij de behandeling van de VWS-begroting 2017 gevraagd om een structurele vergoeding van de tolkentelefoon. Deze week stemt de Tweede Kamer hierover.
De LHV noemt de reactie van de IGZ een belangrijke steun in de strijd die politieke partijen, (huis)artsen, apothekers, tandartsen, psychologen, fysiotherapeuten, verloskundigen, ggz-organisaties en de GGD voeren voor de herinvoering van de tolkentelefoon voor vluchtelingen. Volgens LHV-voorzitter Ella Kalsbeek is de structurele inzet van de tolkentelefoon de enige manier waarop veilig zorg verleend kan worden. “Alleen dan krijgt de patiënt optimale zorg en loopt de zorgverlener niet onnodig het risico een medische fout te maken omdat de communicatie tekortschiet.”
“Artsen vertellen mij dat veel vluchtelingen in de overlevingsmodus staan. Het duurt vaak een tijd voor gezondheidsproblemen aan het licht komen; bijvoorbeeld nadat ze gehuisvest zijn. Dan komen trauma’s of onderdrukte problemen naar boven. Vaak is er sprake van een achterstand in zorg voor chronische aandoeningen. Elkaar goed begrijpen is essentieel bij complexe klachten. Dan volstaat niet alleen een basale kennis van onze taal, maar heb je een tolk hard nodig.”