Vincent van Gogh fuseerde in 2020 met verscheidene organisaties in de jeugdzorg, de ggz en de forensische zorg en vaart nu onder de naam VIGO. Tijhuis werd bestuursvoorzitter. Het meerjarige contract met zorgverzekeraars VGZ en CZ werd dit jaar omgezet in een contract voor de komende vijf jaar. De afspraken met de verzekeraars maakten het mogelijk om het aantal bedden te verlagen, de behandelduur in te korten en de kosten per patiënt te verlagen. De besparingen mocht de zorgaanbieder houden om verder te kunnen investeren.
Taartpunt
De komende jaren wil Tijhuis zich met VIGO verder toeleggen op de hervorming van de gezondheidszorg in de regio rond Venray. Tijhuis ziet de zorg die haar organisatie levert als “een taartpuntje van de hele taart waar de patiënt mee te maken heeft”, zo vertelt ze in Skipr Quarterly. Ze vindt het de verantwoordelijkheid van de gezondheidszorg, de ggz en dus ook haar organisatie, om te zorgen dat precies de juiste taartpunt wordt geleverd ten behoeve van die hele taart. Ze vindt zelfs dat haar organisatie in de gaten moet houden hoe die ene taartpunt zich goed verhoudt tot de andere taartpunten, zoals de huisarts, andere zorgaanbieders, maar ook het sociale netwerk, de financiën en de huisvesting van de patiënt.
Prospects
Dat is niet hoe andere ggz-organisaties redeneren, merkt Tijhuis in haar gesprekken met collega-bestuurders. “Ik zat in een sessie en de commissaris van die club, waar private investeerders net waren ingestapt, had het over prospects. Ik heb niks tegen de táál. Het gaat erom hoe je je business ziet. Heb je een maatschappelijke opdracht of wil je geld verdienen? En natuurlijk moet de schoorsteen roken. Anders kun je de volgende patiënt niet helpen. Je moet continuïteit garanderen. Maar als je naar je patiënten kijkt als prospects, dan ben je een productiebedrijf. Wij noemen die organisaties vaak semi-grappend ‘productietijgers’ die in panteroutfit naar hun patiënten gaan.”
Verkeerde instroom
Kijk je vanuit je maatschappelijke opdracht, dan stel je professionals andere vragen, vindt Tijhuis. “Bijvoorbeeld: ‘Wat is er gebeurd vóór de patiënt bij jou in de spreekkamer komt, en wat gebeurt er tijdens en nadat die patiënt jouw spreekkamer verlaat?’ “Dan komen de verhalen”, memoreert ze. “Zoals een verkeerde instroom van patiënten, omdat huisartsen moeite hebben met de verwijzing. Met als gevolg dat psychologen en psychiaters niet de patiënten behandelen die aansluiten bij hun specifieke expertise en dat die specifieke patiënten op de wachtlijst komen. Of dat ze patiënten langer behandelen zonder dat het effectief is, omdat het risico op terugval groot is vanwege de persoonlijke omstandigheden van de patiënt.”
Subsitutie
De gesprekken resulteerden in een substitutie-ambitie: patiënten die bij de huisarts onder behandeling kunnen blijven, moeten daar blijven. Patiënten die geen specialistische ggz nodig hebben maar basis ggz, moeten naar de basis ggz. Speciaal daarvoor richtte Tijhuis Centiv op, nu onderdeel van VIGO.
Het gevolg was kortere wachtlijsten en ultimo minder patiënten. De afspraak was dan ook om als Vincent van Gogh minder patiënten te gaan behandelen. Dat lukte. De specialistische ggz-productie vanuit de Zorgverzekeringswet daalde over 2016 tot en met 2020 van 54,7 naar 39,3 miljoen.
Experimenteren in de zorgzandbak
Belangrijke ambities in het verse contract met de zorgverzekeraars zijn digitalisering en preventie. Al zijn Tijhuis en haar team nog op zoek naar een beter woord voor preventie. “Preventie geeft de suggestie dat je je ziekte had kunnen voorkomen. Dat is in veel gevallen niet zo. Genetische aanleg speelt een belangrijke rol in het ontwikkelen van zware ggz-problematiek. Maar je kunt er wel voor zorgen dat je sneller ingrijpt, beter voor jezelf (leren) zorgen en eerder signalen leren oppikken dat er iets ernstigs aan de hand is.”
Het is een opgave waar de hele zorg mee kampt. De komende jaren gaat VIGO, samen met de Nederlandse Zorgautoriteit, VGZ en het ministerie van VWS ‘experimenteren in de zorgzandbak’ om uit te vinden wat werkt op het gebied van preventie en het stimuleren van ‘zelfzorg’.
Dyslexie-verklaring
Parallel hieraan heeft Tijhuis grote ambities voor de jeugdzorg, waar zij sinds een jaar ook bestuurder van is. Het is een andere wereld dan die van de ggz, merkte ze al snel.
Gemeenten hebben via hun aanbestedingsinkoop jeugdzorg enorm versnipperd, met als gevolg een veelvoud aan aanbieders en weinig grip op de output en kwaliteit van zorg. “Er is ingespeeld op de vraag”, is Tijhuis’ analyse. “Ik zie het om me heen: een dyslexie-verklaring levert bijvoorbeeld meer tijd tijdens examens, een jaar extra studiebeurs en een jaar extra gratis reizen. Dat is heel aantrekkelijk voor ouders. Burgers zijn niet alleen zwak, ziek en misselijk, maar soms ook calculerend. Maar dat wil niet zeggen dat dat echte zorg is.”
Het is lastig om langetermijnvisies compleet met uitvoeringsplan te vinden in de jeugdzorg. “Gemeenten willen dat er over tien jaar geen jeugdzorgplus meer nodig is, maar dan moeten we daar nu naartoe werken.”
————-
Tijdens het Skipr congres Strategische positionering in de zorg op 31 maart verzorgt Jolande Tijhuis een lezing over strategische keuzes bij VIGO voor toekomstbestendige zorg.
Arne van Oranje
Ggz-aanbieder Vincent van Gogh en VIGO zijn het vleesgeworden beleid van wat de zorgverzekeraars voor ogen hebben hoe de GGZ in hun ogen hoort te zijn binnen deze gereguleerde marktwerking. U vraagt en wij draaien.
In mijn ogen ruggengraatloze bestuurders.