Door de verdere invoering van prijsconcurrentie te paren aan een budgetplafond dwingt het kabinet ziekenhuizen in een onmogelijke spagaat. Dit betogen de Rotterdamse economen Schut, Varkevisser en Van de Ven het meinummer van Economische Statistische Berichten (ESB).
Omzetheffing
Als het aan minister Schippers van VWS ligt zijn vanaf volgend jaar de prijzen van zeventig procent van het curatieve behandelaanbod vrij onderhandelbaar. Om een kostenexplosie voor te zijn wil Schippers tegelijkertijd een budgetplafond invoeren. Hoe dit budgetplafond er precies gaat uitzien, is nog niet bekend, maar vermoedelijk gaat het uit van een generieke korting bij budgetoverschrijdingen. Dit betekent dat alle ziekenhuizen, ongeacht de vraag of zij individueel hebben bijgedragen aan de budgetoverschrijding, achteraf een omzetheffing krijgen opgelegd naar rato van hun landelijke marktaandeel.
Strategisch gedrag
Volgens Schut, Varkevisser en Van de Ven, alle drie verbonden aan het instituut voor Beleid en Management in de Gezondheidszorg (iBMG) van de Erasmus Universiteit Rotterdam, zijn de twee maatregelen onverenigbaar. Een productieplafond in combinatie met een concurrentieoogmerk zal volgens de economen leiden tot strategisch gedrag. Ziekenhuizen zullen proberen om hun omzet te maximaliseren om te voorkomen dat ze worden afgerekend op omzetstijgingen bij de concurrenten.
Onoverzienbare situatie
De financiële risico’s worden volgens de economen nog vergroot doordat de minister tegelijk met de verruiming van de vrije prijzen in de vorm van DOT een nieuwe productstructuur wil invoeren. Zorgverzekeraars kunnen hierdoor onvoldoende beoordelen of de vraagprijzen van ziekenhuizen reëel zijn. Ook in het veld leven zorgen over de voorgenomen maatregelen. De NVZ vereniging van ziekenhuizen waarschuwde begin dat jaar al voor ‘een onoverzienbare situatie’.
Debat
Vanuit het oogpunt van risicobeheersing pleiten de auteurs er voor om de vrije prijsvorming minder sterk te laten groeien en tezelfdertijd een strak macrobudget achterwege te laten. De Tweede Kamer debatteert op 24 mei 2011 met minister Schippers over de wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), die de invoering van een macrobudget voor ziekenhuiszorg mogelijk maakt.