Het kabinet in wording wil het ontstaan van kleinere zorginstellingen actief bevorderen. Het ontstaan van zorggiganten wordt met een zorgspecifieke fusietoets teruggedrongen. De inspectie mag desnoods instellingen splitsen. Ook komt er als het aan de VVD, CDA en PVV ligt een verbod op fusie tussen verzekeraars en aanbieders. Dit blijkt uit het regeerakkoord dat donderdag bekend is gemaakt.
Basiszorg
Uitgangspunt van de zorgparagraaf is dat de basiszorg zo dicht mogelijk bij de patiënt wordt georganiseerd. Dit betekent ondermeer dat er zorgtaken van het ziekenhuis naar de huisarts worden overgeheveld. Zo moet er een netwerk van zorg in de wijken en dorpen ontstaan. Het kabinet onderkent wel de noodzaak om hoogspecialistische zorg te concentreren in een paar topziekenhuizen.
Splitsen
Om kleinschaligheid te bevorderen wil het kabinet een zorgspecifieke fusietoets. Deze wordt uitgevoerd door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) voorafgaand aan een eventuele mededingingstoets door de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa). Bovendien krijgt de IGZ de bevoegdheid om zorginstellingen op te splitsen als de kwaliteit in het geding is. Fusies tussen verzekeraars en aanbieders, waar verzekeraar DSW en het Vlietland ziekenhuis eerder dit jaar het initiatief toe namen, is voortaan uit den boze. Verzekeraars kunnen bij de inkoop van zorg volgens het kabinet geen zuivere afweging maken als ze zelf een concurrerend zorgaanbod hebben.
Buurtzorg
In de thuiszorg wordt het Buurtzorg-model leidend. Dit betekent dat niet productie of het aantal uren zorg, maar zorguitkomsten leidend zullen zijn. De omslag van wat het kabinet aanduidt als “handelingsfinanciering” naar uitkomstfinanciering moet ook breder in de AWBZ worden toegepast. Het persoonsgebonden budget (PGB) verandert van een subsidie in een wettelijk verankerd recht, zij het met inachtneming van de financiële kaders.
Pakketmaatregelen
Om geld te verdienen heeft het kabinet verschillende maatregelen in gedachte. Er komt ondermeer een nieuw berekeningsmodel voor geneesmiddelen. De bonussen voor apothekers verdwijnen. Het verzekerde pakket wordt “stringenter beheerd”. Dit betekent ondermeer dat de vergoeding van IVF beperkt wordt tot een behandeling. Het aantal zelf te betalen behandelingen van ondermeer fysiotherapie wordt verhoogd. Buiten de Europese Unie zal geen dekking voor zorg uit het basispakket gelden. Bilaterale verdragen met landen als Turkije en Marokko worden aangepast dan wel opgezegd.
Winstuitkering
Om extern, privaat kapitaal aan te trekken komt er een gereguleerde winstuitkering. Die voorziet er onder meer in dat er geen winst wordt uitgekeerd gedurende de eerste drie jaar van investeren. Bovendien is de uitkering van winst afhankelijk van kwaliteitseisen en de bestendiging van financiële buffers. Het kabinet wil snijden in de overhead in de zorg. Hiertoe komt er een normering per sector. Het kabinet zet ook een aantal maatregelen van scheidend minster Klink voort. Het B-segment van vrije prijsvorming wordt uitgebreid als ook het formuleren van uniforme productdefinities (bekend onder de naam ‘DBC’s op weg naar transparantie’ of DOT ). Het vereveningssysteem voor zorgverzekeraars moet verdwijnen.
Overheveling
Binnen de AWBZ komt het accent weer te liggen op de scheiding van wonen en zorg. Om de te verwachten extra woonlasten voor cliënten te compenseren, wordt de intramurale bijdrage verlaagd. De functies dagbesteding en begeleiding worden vanuit de AWBZ overgeheveld naar de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). De uitvoering van de AWBZ komt risicodragend in handen van de verzekeraars.
Om innovatie in de zorg te versnellen wil het kabinet “experimenteer-DBC’s” invoeren. Ook komt er een experiment met “regelarme zorginstellingen”.