Gemeenten kunnen het extra geld gebruiken voor de afbouw van gesloten jeugdzorg en de opbouw van meer passende vormen van jeugdzorg, zoals kleinschalige residentiële accommodaties of ambulante alternatieven.
Staatssecretaris Karremans
Karremans: “Dit kabinet wil zo snel mogelijk de gesloten jeugdhulp zorgvuldig afbouwen. Dat kan als we ervoor zorgen dat voor jongeren die hier nu gebruik van maken een passend alternatief beschikbaar is. Met het besluit dat we vandaag hebben genomen voldoen we aan een belangrijke voorwaarde voor gemeenten om deze transformatie in gang te zetten of te versnellen. Met het geld kunnen de coördinerende gemeenten de plannen die zij samen opstellen met aanbieders gaan uitvoeren. Zo krijgt de transformatie overal in Nederland vorm.”
Afbouw gesloten jeugdzorg
Het kabinet steunt jeugdhulpaanbieders bij het ontwikkelen van een alternatief aanbod: kleinschalig en met een andere pedagogische aanpak. Wel houdt het kabinet oog voor situaties waarin jongeren tegen zichzelf beschermd moeten worden en vrijheidsbeperkende maatregelen noodzakelijk kunnen zijn. Voorbeelden zijn dreiging van automutilatie of suïcide, onveiligheid door “loverboys” problematiek of gevaar vanwege middelen gebruik. Het uitgangspunt blijft wel ‘Nee, tenzij’.
Zeven coördinerende gemeenten
Voor de transformatie is de komende jaren in totaal 176 miljoen euro beschikbaar voor zeven coördinerende gemeenten. 80 procent van het beschikbare budget wordt verdeeld over de coördinerende gemeenten op basis van het aantal plekken gesloten jeugdhulp in hun regio. De resterende 20 procent van het budget kan aanvullend door deze gemeenten worden aangevraagd ten behoeve van de af- en ombouw. Gemeenten kunnen in 2025, 2026 en 2027 hiervoor een aanvraag indienen.