Nadat bij het referendum in maart een meerderheid tegen de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten – de Wiv of ook wel de ‘sleepwet’ genoemd – stemde, werkt het kabinet aan aanpassingen. Het komt daarmee tegemoet aan de belangrijkste kritiekpunten die de KNMG op de wet had: er komt extra aandacht voor medische gegevens, en het gericht verzamelen van medische gegevens en alleen delen met buitenlandse veiligheidsdiensten als deze aan strenge criteria voldoen worden straks beleidsregels.
Dat meldt de KNMG op 17 augustus op haar website. Sinds juli vraagt de regering in een consultatieronde naar reacties op de aanpassingen aan de Wiv. Het is de bedoeling dat de wijzigingen op 1 januari 2019 ingaan. De Wiv is op 1 mei van dit jaar van kracht gegaan, ondanks de negatieve uitslag van het raadgevend referendum.
Begin dit jaar sprak de KNMG haar ‘urgente zorgen’ uit over de matige bescherming van medische gegevens in de WIV, maar de artsenfederatie kreeg kritiek toen het kort voor het referendum hun bezwaren lieten vallen na geruststellende woorden van de Nederlandse veiligheidsdienst AIVD zonder beloften op aanpassingen. Die komen er na het referendum dus wel.
Beleidsregels
De beleidsregels betreffende het gedrag van de algemene en militaire inlichtingen- en veiligheidsdiensten luiden als volgt. De AIVD/MIVD is verplicht tot een zo gericht mogelijke inzet van bijzondere bevoegdheden, zoals het observeren van mensen, het onderzoeken van computers en het onderzoeken van datastromen via de kabel (ook wel de ‘sleepnet’-methode genoemd). En de AIVD/MIVD mag geen ongeëvalueerde gegevens aan buitenlandse diensten verstrekken zonder dat expliciet in een wegingsnotitie is afgewogen of die wel voldoen aan een aantal de in de wet vastgelegde rechtstatelijke beginselen.
Wat betreft het omgaan met medische gegevens staat sinds 1 mei in de Wiv opgenomen dat als de diensten stuiten op medische gegevens waarvan het gebruik buiten hun bevoegdheden valt, ze deze meteen vernietigen. Dat heeft de AIVD volgens toezichthouders de afgelopen jaren ook gedaan, en de KNMG gaat er vanuit dat dit standaard zal blijven gebeuren.
Medisch beroepsgeheim
Het medisch beroepsgeheim valt volgens het kabinet niet onder de pijlers van een democratische rechtstaat en zal dus niet behandeld worden als het verschoningsrecht zoals journalisten en advocaten die hebben. De wetgever heeft daarom gekozen medische gegevens op een andere manier te beschermen. De AIVD kan niet zomaar een bijzondere bevoegdheid (zoals afluisteren) inzetten tegen een arts. Hiervoor is de toestemming nodig van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De rechtmatigheid van die toestemming wordt vooraf ook nog getoetst door de Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB), die bestaat uit drie onafhankelijke leden, waaronder twee (oud)rechters. Bij advocaten en journalisten is naast die twee waarborgen, ook nog toestemming nodig van de Rechtbank Den Haag.