De KNMG pleit voor een rookvrije samenleving in haar vandaag gepubliceerde standpunt Tabaksontmoediging. Daarin stelt de artsenfederatie onder meer voor om de accijns op tabak te verhogen, het aantal verkooppunten te verminderen en om kinderen te laten opgroeien in een rookvrije omgeving.
De KNMG roept de overheid op om tot actie te komen in de strijd tegen het roken. De federatie wijst erop dat artsen dagelijks te maken hebben met patiënten die ziek worden door roken of hieraan overlijden. Per jaar overlijden twintigduizend mensen aan de gevolgen van roken. Negentienduizend Nederlanders krijgen kanker door roken. Ook meeroken is zeer schadelijk. Per dag starten honderd kinderen met roken. Roken tijdens de zwangerschap kan onder andere leiden tot miskramen, een laag geboortegewicht en afwijkingen aan het kind.
Volgens de KNMG is roken geen vrije keuze, maar een verslaving. “Stoppen met roken is dan ook het breken met een verslaving en moet ook op die manier worden benaderd.” De artsenfederatie stelt dat tabak niet thuishoort in supermarkten, tankstations, boekwinkels of drogisterijen, maar alleen nog verkocht zou mogen worden in kleine tabakswinkels. Verder pleit de KNMG voor een “totaalverbod op zichtbare uitstalling van tabak” en het verwijderen van merkspecifieke vormgeving van sigarettenpakjes. Ook wil de KNMG dat de invloed van de tabaksindustrie wordt verminderd: “Essentieel is dat de tabaksindustrie op geen enkele wijze betrokken is bij de totstandkoming van tabaksbeleid door de lokale of nationale overheid.”
Schadelijke effecten
De kennis over de schadelijke effecten van (mee)roken en van roken tijdens de zwangerschap moet vergroot worden. De KNMG roept de overheid op tot het “langdurig en herhaald voeren van massamediale campagnes” die burgers wijzen op de schadelijke effecten van tabak en tabaksgebruik ontmoedigen. Als het aan de artsenfederatie ligt, moedigen artsen patiënten aan om te stoppen met roken. De KNMG vraagt artsen hun invloed op tabaksontmoediging aan te wenden, zowel in als buiten de werksfeer.
Verder moet worden voorkomen dat kinderen en adolescenten gaan roken. Opgroeien in een rookvrije omgeving draagt hier volgens de KNMG aan bij. “Dat betekent concreet dat schoolpleinen, sportvelden, speeltuinen, pretparken en auto’s rookvrij zouden moeten zijn. Hiermee kan op termijn een rookvrije publieke omgeving worden bereikt als aanloop naar een volledig rookvrije samenleving.”
