Verloskundigen zijn bang dat zelfstandige praktijken zullen verdwijnen als de geboortezorg op een andere manier wordt bekostigd. Dat zal de keuzevrijheid van zwangere vrouwen beperken, zegt de beroepsvereniging KNOV. “Zorg in de wijk, dicht bij de cliënt, komt op de tocht te staan”, aldus de verloskundigen.
De KNOV reageert op een brief die minister Schippers dinsdag naar de Kamer stuurde. Zij wil dat verloskundigen en gynaecologen nauwer gaan samenwerken. Ook zou de geboortezorg niet langer uit twee potten, maar uit één pot moeten worden betaald. Dit alles moet ertoe leiden dat de relatief hoge geboortesterfte in Nederland afneemt.
Verloskundigen zijn bang dat zorgverzekeraars geen contracten willen sluiten met zelfstandige praktijken als zij geboortezorg kunnen inkopen die al gezamenlijk met gynaecologen is georganiseerd.
KNOV wijst in de brief ook nogmaals op het risico van medicalisering van de geboortezorg en oplopende kosten, doordat ziekenhuiszorg nou eenmaal duurder is. Dinsdag uitten ook zeven vrouwenorganisaties hun zorgen.
De integrale geboortezorg maakt intussen gestaag zijn opmars. In Nederland maken 25 van de 65 regio’s al gebruik van de module ‘integrale geboortezorg’ die de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beschikbaar heeft gesteld per 2015. Hierbij zijn zo’n dertig van de tachtig verloskundige samenwerkingsverbanden betrokken.