Het is voor hulpbehoevenden, zoals chronisch zieken of kwetsbare ouderen, bijna onmogelijk om een beroep te doen op hun eigen omgeving. Het ontbreekt hen vaak aan een hulpvaardig netwerk, zodat het streven van de overheid naar meer zelfredzaamheid zelfs averechts werkt. De hulpvrager krijgt juist een gevoel dat hij of zij tekort schiet.
Dat concluderen onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam en de Universiteit voor Humanistiek. Zij deden een langdurig onderzoek naar de gevolgen van decentralisatie van zorg naar de gemeenten. Hun resultaten zijn op 13 september gepresenteerd.
De onderzoekers bestudeerden van 2014 tot 2018 hoe de zorg aan thuiswonende hulpbehoevenden is geregeld in vijf Nederlandse gemeenten. Ze luisterden mee met 64 keukentafelgesprekken, volgden teamvergaderingen en trainingen van wijkteams. Daarnaast interviewden zij cliënten, hulpverleners en zorgverleners.
Keukentafelgesprekken
In de keukentafelgesprekken kwam telkens de inzet van het eigen sociale netwerk ter sprake. Dat leidde maar in drie gevallen tot meer inzet van vrienden of familie bij de zorg. Soms was de omgeving al druk met mantelzorg voor anderen, maar meestal woonden contacten te ver weg, was er überhaupt geen sprake van een netwerk of waren er slechte verhoudingen met familieleden. De uitkomst is niet verbazingwekkend, zo concluderen de onderzoekers, want juist mensen met problemen kloppen aan bij het wijkteam. In veel gevallen is allang beroep gedaan op de omgeving voordat er keukentafelgesprekken zijn. Daar komt bij dat de meeste mensen zich niet afhankelijk willen voelen van bekenden.
Ongelijkheid
De onderzoekers concluderen dat overheidsbeleid er ten onrechte van uit gaat dat alle mensen aan te spreken zijn op zogenaamde eigen kracht en anders wel op hulp van sociale contacten, meldt de website van de NOS op 12 september. Ze waarschuwen dat de grote nadruk op zelfredzaamheid en het aansturen op zoveel mogelijk informele zorg niet het hart van het sociale overheidsbeleid moet zijn. De nadruk op zelfredzaamheid vergroot ook de ongelijkheid tussen arm en rijk, want hoogopgeleiden en kapitaalkrachtigen kunnen vaak zelf hun hulp wel regelen en betalen.