Mantelzorgers van mensen met dementie zijn tevreden over de professionele zorg die hun naasten ontvangen, maar ervaren vooral in instellingen een gebrek aan vaste gezichten. Dit blijkt uit de Dementiemonitor Mantelzorg 2018 van het Nivel en Alzheimer Nederland.
De zorg voor een naaste met dementie kan zwaar zijn, geven de deelnemers aan de tweejaarlijkse Dementiemonitor Mantelzorg aan. Van de mantelzorgers voelt 13 procent van zich zeer zwaar belast of overbelast. Dit percentage schommelt de afgelopen jaren, in 2016 was het hoger, in 2013 was het even hoog en in 2011 was het lager dan nu. De feitelijke zorgbelasting lijkt wel toegenomen ten opzichte van 2016: er zijn nu meer mensen die dag en nacht voor hun naaste zorgen. Ook wanneer de naaste in een zorginstelling woont verlenen mantelzorgers vaak meerdere uren per week zorg.
Behalve de belasting van de zorg voor hun naasten, ervaren mantelzorgers vaak sociaal isolement. Door de dementie van hun naaste is het voor hen moeilijker om sociale contacten te onderhouden. Ze voelen zich relatief vaak eenzaam in vergelijking met mensen uit de algemene Nederlandse bevolking. Hulp durven mantelzorgers in de meeste gevallen wel te vragen aan familieleden, maar veel minder vaak aan vrienden en buren. Het komt weinig voor dat vrienden of buren spontaan hulp aanbieden.
Casemanagement dementie
De meest voorkomende vorm van ondersteuning is casemanagement dementie. Mantelzorgers noemen casemanagement vaak noodzakelijk om de naaste zo lang mogelijk thuis te kunnen laten wonen. Toch is slechts de helft van hen gewezen op hun recht op casemanagement, dit was in 2016 ook zo. Wanneer de naaste met dementie wordt opgenomen in een zorginstelling, is casemanagement vaak nog steeds gewenst. Een kwart van de mantelzorgers bij wie het casemanagement stopte na de opname van hun naaste, vindt dit te vroeg.
Tot slot zijn mantelzorgers over het algemeen tevreden over de zorginstelling waarin hun naaste verblijft, maar zien zij wel ruimte voor verbetering. Ze ervaren, net als in 2016, een tekort aan personeel en een gebrek aan vaste gezichten, aan zorgverleners die de persoon met dementie en diens achtergrond goed kennen.