Medisch Centrum Rhijnauwen (MCR) in Bunnik, dat ten onrechte voor ruim 1,3 miljoen euro zorg declareerde bij verzekeraar Achmea, is vrijgesproken van zorgfraude. De rechtbank in Gelderland zegt dat er geen bewijs is dat de zorgaanbieder moedwillig foutief heeft gedeclareerd. Dit meldt RTL Z.
Het Openbaar Ministerie (OM) had tegen het behandelcentrum een boete van 150 duizend euro geëist. Tegen de eigenaar van het MCR eiste het OM bovendien een gevangenisstraf van 15 maanden en een boete van 25 duizend euro.
Achmea kwam er in 2009 achter dat het MCR veelvuldig laboratoriumonderzoeken had gedeclareerd waartoe huisartsen geen opdracht hadden gegeven. Het merendeel van de onderzoeken was aangevraagd door alternatieve zorgverleners en kwam niet voor vergoeding in aanmerking. Maar op de declaraties stond een verkeerde artencode, waardoor leek of er wél sprake was van verwijzing door een huisarts.
Schadeclaim
De zorgverzekeraar stapte in 2010 naar de rechter met een schadeclaim en deed bovendien aangifte van fraude bij het OM. In 2014 oordeelde de Utrechtse rechtbank dat het MCR en de bestuurder aansprakelijk zijn voor de schade en veroordeelde hen tot terugbetaling van ruim 1,3 miljoen euro. In hoger beroep oordeelde het gerechtshof echter dat persoonlijke aansprakelijkheid van de bestuurder niet is aangetoond en dat het MCR maar een deel van de schade hoefde te vergoeden, naar verluidt zo’n 900 duizend euro.
Daarmee was de zorgfraudezaak nog niet afgesloten. Het OM besloot vorig jaar het MCR en de eigenaar van de organisatie strafrechtelijk te vervolgen. “Wij verwijten hen oplichting van zorgverzekeraars door het indienen van valse declaraties”, zei een woordvoerster destijds tegen RTL Z. “Een ernstige zaak”, aldus het OM. “Misbruik van zorggelden kan het stelsel ondermijnen.”
Uitspraak
Uit twee vonnissen van de rechtbank Gelderland, die in handen zijn van RTL Z, blijkt nu dat zowel de eigenaar als het MCR in die strafzaken zijn vrijgesproken. Volgens de rechter is niet aangetoond dat zij wisten dat de declaraties – waarvan de indiening via een systeem van een intermediair verliep – een verkeerde artsencode bevatten. Het moedwillig indienen van foute declaraties is dus niet bewezen, aldus de rechter.
Het OM gaat niet tegen de uitspraken in beroep.