Het Openbaar Ministerie doet nog strafrechtelijk onderzoek. Ook de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) is een onderzoek gestart. De advocaat van de nabestaanden bereidt een civiele rechtszaak voor.
MediRisk
Volgens MediRisk was het overlijden van de jongen volkomen onverwacht. De verbijstering hierover was in het ziekenhuis ongekend groot. Volgens de verzekeraar was de diagnose van hersenvliesontsteking wel overwogen, maar ontbraken belangrijke symptomen die bij deze ernstige aandoening horen. Ook waren er geen sterke afwijkingen in temperatuur, hartslag en bloeddruk. De verzekeraar stelt dat “niet met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld dat het overlijden een gevolg is van het missen van de juiste diagnose en uitblijven van de gerichte behandeling daarvan”. Ook wordt erop gewezen dat – indien de jongen een hersenvliesontsteking zou hebben – het onzeker was of “het ziektebeeld nog gekeerd had kunnen worden”.
Huisarts waarschuwt Maasstad Ziekenhuis
De conclusies van MediRisk staan haaks op de bevindingen van de eerder ingeschakelde medisch deskundige van de advocaat van de familie. Die medisch expert bestudeerde de dossiers van het Maasstad Ziekenhuis en concludeerde dat “alles fout is gegaan”. De expert stelt dat alleen al het gegeven dat een huisarts dacht aan een hersenvliesontsteking reden genoeg had moeten zijn om hersenvocht af te nemen.
Advocaat Aksu-Ari noemt de argumenten van MediRisk in het AD onbegrijpelijk. “De patiënt had alle verschijnselen die horen bij een hersenvliesontsteking: hij verdroeg geen licht, had hevige hoofdpijn en een pijnlijke nek. Ook hadden zijn ouders meerdere keren aangedrongen om hem toch te controleren op een hersenvliesontsteking.”
Civiele rechtszaak
Aksu-Ari, advocaat van de nabestaanden, bereidt een civiele rechtszaak voor. Volgens Aksu-Ari zal een onafhankelijk medisch deskundige de zaak opnieuw bestuderen. Uiteindelijk oordeelt de rechter op basis hiervan in de civiele zaak of het Maasstad Ziekenhuis iets valt te verwijten.