Er moet meer onderzoek komen naar de gezondheidsrisico’s in de omgeving van veehouderijen. Dat adviseerde de Gezondheidsraad vrijdag aan de ministeries van Volksgezondheid, Infrastructuur & Milieu en Economische Zaken. Een landelijke ‘veilige’ minimumafstand tussen woningen en boerderijen is niet zomaar vast te stellen.
Er zijn duidelijke aanwijzingen dat omwonenden in bepaalde situaties blootgesteld kunnen worden aan boerderijbacteriën, de zogeheten endotoxinen of micro-organismen. Maar tot welke afstand bewoners risico lopen, is niet bekend. Mogelijk kunnen bacteriedeeltjes bij bewoners zorgen voor longfunctievermindering, allergie of longontsteking. Voor het veroorzaken van Q-koorts bestond al langer wetenschappelijk bewijs.
Minimumafstand
De Gezondheidsraad adviseert dat gemeenten samen met de GGD en belanghebbenden lokaal beleid ontwikkelen met minimumafstanden. Die kunnen namelijk wel vastgesteld worden.
De hoeveelheid bacteriedeeltjes in de omgeving hangt namelijk sterk af van de afstand en uitstoot van een boerderij, maar ook van bijvoorbeeld bebouwing in de omgeving. Bij eerder onderzoek werden endotoxinen teruggevonden tot maximaal 250 meter bij bepaalde boerderijen vandaan. De veespecifieke vorm van de MRSA-bacterie werd relatief vaak en in grote hoeveelheden aangetroffen in een straal van een kilometer rond veehouderijen.
Geurhinder
De raad constateert verder dat omwonenden vaak ongerust zijn over hun gezondheid, maar dat heeft ook sterk te maken met hoe zij risico’s inschatten en geurhinder. Dat laatste levert namelijk vooral een vermindering van leefkwaliteit op, maar mensen brengen dat ook in verband met gezondheidsklachten. (ANP)
Skipr daily brengt u elke ochtend voor 8:00 uur een overzicht van het meest actuele nieuws. Abonneer u gratis op deze dagelijkse e-mailnieuwsbrief.