Het aantal jonge meisjes dat zich laat vaccineren tegen baarmoederhalskanker is voor het tweede jaar op rij verder afgenomen. Van 53,4 procent naar 45,5 procent in 2017. Dat blijkt uit een rapport het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Door de afname worden per geboortejaar tientallen gevallen van baarmoederhalskanker minder voorkomen, stelt het RIVM.
Belangrijkste reden om niet tegen baarmoederhalskanker te vaccineren, blijken zorgen over mogelijke bijwerkingen van het vaccin, zoals chronische vermoeidheid. Deze zorgen worden echter niet gestaafd door onderzoek, stelt het RIVM. Uit alle gegevens die verzameld zijn sinds het vaccin verkrijgbaar is, blijkt dat het vaccin veilig is, aldus het instituut.
“Het is dramatisch dat door allerlei verkeerde ideeën ziekten blijven bestaan die heel goed te voorkomen zijn”, stelt Hans van Vliet van het RIVM maandag in het AD. “Inenten kan 77 doden per jaar schelen”, aldus Van Vliet. (ANP)