Zorgverleners hoeven hun BIG-nummer niet meer op hun brieven en rekeningen te melden. Dat staat in het ontwerpbesluit van minister Bruins. Wel moet het BIG-nummer worden vermeld op de website van de zorgverlener, in e-mails met cliënten en eventueel in de spreekkamer.
Het ministerie van VWS heeft dit bekendgemaakt aan het begin van de consultatieronde BIG-registratie, die vandaag is begonnen. Tot 1 oktober kunnen zorgverleners reageren op het besluit van Bruins over het zichtbaar voeren van het BIG-nummer.
Overleg met branche
Patiënten kunnen in het BIG-register zien of een zorgverlener bevoegd is en gekwalificeerd om zijn beroep uit te oefenen. Bruins heeft de afgelopen maanden overlegd met beroeps- en brancheorganisaties, Zorgverzekeraars Nederland en de Patiëntenfederatie Nederland, over hoe het communiceren van het BIG-nummer er in de praktijk moet uit komen te zien.
Administratieve lasten
Bij die gesprekken was veel aandacht voor de administratieve lasten voor de invoering van de maatregel en is de afspraak gemaakt dat er voldoende tijd komt voor de invoering van de nieuwe regels. Het overleg heeft geleid tot aanpassingen. Nu staat er bijvoorbeeld in het voorstel dat zorgverleners mensen over hun BIG-nummer moeten informeren wanneer iemand daarom vraagt.
BIG in spreekkamer
Zorgverleners hoeven hun BIG-registratie alleen in spreek- en wachtkamers te vermelden als ze daar met naam worden genoemd, staat in het vernieuwde voorstel. Het streven van de minister is om het aangepaste besluit uiterlijk 1 januari volgend jaar te publiceren en op 1 juli 2020 in werking te laten treden. Tot het nieuwe besluit in werking treedt, handhaaft de IGJ de huidige verplichting niet.