Minister Hugo de Jonge van VWS ziet geen reden waarom de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) het toezicht op zorgorganisatie Thebe zou moeten aanscherpen. Dat schrijft de minister in reactie op Kamervragen van SP’er Lillian Marijnissen.
Aanleiding voor de vragen van Marijnissen is het ‘zwartboek’ dat onlangs door vakbond FNV en medewerkers werd opgesteld over misstanden bij de organisatie voor ouderenzorg. In de tehuizen van Thebe in Breda vinden volgens de bond “grove misstanden” plaats, ontstaan door een “chronisch personeelstekort” en de inzet van flexwerkers en uitzendkrachten. In ‘zwartboek’ het staan 305 van deze ‘misstanden’.
Toezicht
Minister De Jonge wijst erop dat de inspectie na de eerdere media-aandacht in 2016 en 2017 intens toezicht heeft gehouden bij Thebe. De inspectie is ook geïnformeerd over de huidige situatie, het ‘zwartboek’ en het ‘witboek’ dat daarna door een andere groep Thebe-medewerkers is opgesteld.
Volgens de minister bleek uit de bezoeken van de inspectie “een overwegend positief beeld van de kwaliteit van zorg bij Thebe”. De inspectie heeft bovendien vastgesteld dat de interne medezeggenschapsorganen van Thebe de raad van bestuur steunen. “De inspectie neemt de geanonimiseerde signalen uit het Zwartboek en Witboek serieus. Zij neemt deze mee in haar toezicht bij Thebe en laat zich blijvend informeren over ontwikkelingen rondom deze situatie bij Thebe.”
Verschillende beelden
In een reactie op het opstellen van het ‘zwartboek’ door Thebe-personeel, zegt de minister het zorgelijk te vinden wanneer die soort signalen over een zorgaanbieder naar voren komt. “Het feit dat een andere groep medewerkers van Thebe, die zich niet herkende in het beeld, daags na het Zwartboek met een Witboek kwam als tegengeluid, geeft aan dat er verschillende beelden zijn”, schrijft De Jonge. “Thebe heeft de afgelopen maanden diverse gesprekken gevoerd met vakbond FNV over de werkdruk en personeelsbezetting binnen de zorg. Daarnaast zijn zowel de Centrale Cliëntenraad als de Ondernemingsraad meegenomen in de gesprekken en de lijn die Thebe daarin kiest.”