Het extra vervoersbudget van 75 miljoen euro dat per 1 januari 2019 beschikbaar kwam voor vervoer naar dagbesteding, blijkt niet voldoende toegankelijk voor zorgaanbieders. Minister De Jonge heeft de NZa gevraagd de voorwaarden om dit vervoer de declareren aan te passen.
Bezuinigingen op vervoerskosten, sluiting van voorzieningen en reorganisaties zetten de beschikbaarheid en kwaliteit van dagbesteding in de gehandicaptenzorg sterk onder druk. Dat constateerde belangenvereniging Ieder(in) in hun onderzoek ‘Minder keuze, minder kwaliteit dagbesteding langdurige zorg’. Naar aanleiding hiervan stelde Kamerlid Kerstens (PvdA) vragen aan Minister de Jonge.
Verenging declaratiemogelijkheden
Veel van de belemmeringen die mensen ervaren als het gaat over dagbesteding in de langdurige zorg zijn terug te voeren op vervoerskosten. Per 1 januari 2019 kwam een extra vervoersbudget van 75 miljoen euro beschikbaar. Dit zou worden ingezet voor creatieve en flexibele oplossingen om het vervoer beter te regelen. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft tegelijkertijd de voorwaarden om dit vervoer te kunnen declareren verduidelijkt. Deze verduidelijking blijkt in de praktijk niet het juiste effect te hebben, aldus Minister de Jonge. Volgens aanbieders leidt dit zelfs tot verenging van declaratiemogelijkheden.
De minister heeft de NZa gevraagd de voorwaarden aan te passen om daarmee de continuïteit van vervoer naar de dagbesteding te waarborgen. Einde van dit jaar komt hij met een voorstel om vervoer naar de dagbesteding Wlz toekomstbestendig te maken.