Bijna de helft van de multitraumapatiënten is tegenwoordig een oudere patiënt. Het aantal oudere traumapatiënten neemt sneller toe dan het aantal ouderen in de Nederlandse bevolking. Dit blijkt uit onderzoek van traumachirurg Koen Lansink, die op 14 februari promoveert aan de Universiteit van Utrecht.
Het aantal 65-plussers is in de afgelopen twintig jaar toegenomen van 13 tot 18 procent, onder traumapatiënten is het aantal senioren toegenomen van 40 tot 45 procent in slechts vijf jaar tijd, namelijk tussen 2010 en 2015. Onder de multitraumapatiënten is het aantal ouderen in vijf jaar tijd zelfs toegenomen van 33 procent naar 45 procent. De grootste groep multitraumapatiënten bevindt zich inmiddels in de leeftijdscategorie 75 tot 90 jaar.
Lansink heeft een verklaring voor het feit dat het aantal oudere traumapatiënten harder groeit dan het aantal ouderen op de totale bevolking: “Mensen zijn langer actief, hebben meer vrije tijd dan vroeger en verkeren in een betere conditie. Echter, de jaren tellen wel. Daardoor hebben incidenten bij ouderen grotere consequenties dan bij jongeren.”
Andere verwondingen
Hij verwacht dat door de toename van het aantal oudere traumapatiënten de komende jaren de behoefte groeit naar ziekenhuisbedden op de afdeling Traumatologie. “De trend dat er minder bedden nodig zijn in ziekenhuizen geldt dus niet voor de oudere traumapatiënt.” Ouderen hebben andere verwondingen dan jongeren; zij hebben vaker letsel aan het hoofd, de borstkas en de wervelkolom, terwijl buikletsel veel minder vaak voorkomt.
Voor zijn promotieonderzoek heeft Lansink, traumachirurg bij het Elisabeth-TweeSteden Ziekenhuis in Tilburg, de gegevens van bijna 60 duizend patiënten in de periode 2010-2014 geanalyseerd. Hij maakt inzichtelijk hoe de verbetering van het traumasysteem de uitkomst van zorg positief heeft beïnvloed. Zo is de kans op sterfte voor traumapatiënten in een level 1 traumacentrum met 26 procent gedaald.
Momenteel overleeft 98 procent van de patiënten een trauma. “Dat maakt dat wij onze focus deels moeten verleggen naar hoe de patiënt overleeft”, stelt Lansink. Via een vervolgstudie wil hij beter inzicht krijgen in de gevolgen van een trauma, in herstelpatronen op korte en lange termijn en het identificeren van voorspellers voor gezondheid gerelateerde kwaliteit van leven (HRQoL). Daarnaast kijkt hij ook naar functionele klachten, psychologische klachten, economische schade, gezondheidszorggebruik, medische kosten en productiviteitsverlies als gevolg van trauma.
Veel winst te boeken
Lansink heeft voor zijn onderzoek patiënten die rechtstreeks naar een level 1 centrum werden gebracht, vergeleken met patiënten die eerst in een level 2 of 3 ziekenhuis werden opgevangen en daarna toch werden overgeplaatst naar een level 1 centrum. Daar kwam uit dat de kans op overlijden voor de overgeplaatste groep hoger is dan voor patiënten die direct in een level 1 centrum werden behandeld. “Op dit gebied is dus nog veel winst te boeken”, aldus Lansink.
Hij heeft becijferd dat circa 40 procent van de traumapatiënten niet op de goede plek terechtkomt. “Dat kan worden verbeterd door de traumazorg verder te concentreren. Door bijvoorbeeld in Nederland één plek aan te wijzen voor de behandeling van levensgevaarlijk gewonde patiënten. Die moeten dan met een helikopter worden vervoerd.”
Lansink heeft ook onderzocht wat de meest voorkomende doodsoorzaken bij traumapatiënten zijn. Dat zijn neurotrauma (59,9 procent) en verbloeding (12,9 procent). Lansink: “Door de jaren heen zien we een afname van de sterfgevallen door verbloeding en een toename door neurotrauma.”
Steeds belangrijker gezondheidsprobleem
Trauma is één van de belangrijkste doodsoorzaken in de westerse wereld en vormt een steeds belangrijker gezondheidsprobleem in de wereld. Ongeveer de helft van de sterfgevallen in de leeftijdsgroep tot en met 45 jaar is het gevolg van trauma. In Nederland zijn de aan trauma gerelateerde kosten jaarlijks 3,5 miljard euro, 2 miljard euro daarvan zijn gezondheidszorgkosten en 1.5 miljard euro zijn kosten ten gevolge van verlies van productiviteit.
Elk jaar worden er in Nederland ongeveer 85 duizend patiënten acuut opgenomen na een trauma. Dat is meer dan het aantal patiënten dat acuut wordt opgenomen voor hartproblemen. Van deze 85 duizend patiënten zijn er ongeveer zesduizend meervoudig gewond, en tweeduizend ernstig meervoudig gewond.
Voor het eerst sinds de jaren 70 van de vorige eeuw neemt het aantal verkeersdoden de laatste paar jaar weer toe. Het aantal verkeersgewonden laat al vijftien jaar een stijging zien. Trauma is daarmee volgens Lansink “een min of meer vergeten epidemie”.