Het tekort aan telefonische triagisten bij huisartsenposten groeit. Het aantal triagisten in Nederland is licht gedaald, terwijl de druk op huisartsenposten (HAP’s) enorm toeneemt. Er komen steeds meer vragen binnen bij de HAP.
Dat meldt NRC Next op 30 oktober. Het aantal triagisten daalde in 2017 van 2454 naar 2371. Bijna driekwart van de huisartsenposten in Nederland geeft aan dat het ‘moeilijk tot zeer moeilijk’ is om in te vullen, zo blijkt uit recente rapportage van brancheorganisatie InEen.
Gesprekken
Dit terwijl de vraag steeds meer toeneemt. Patiënten bellen vaker ’s avonds en in de weekenden voor huisartsen- of spoedzorg. Er komen meer telefoontjes van ouderen, die steeds langer thuiswonen. En ggz-cliënten vragen veel aandacht waardoor de gesprekken langer duren. In de Randstad duren de telefonische wachttijden soms drie kwartier.
Opleiding
Een triagist krijgt na de opleiding tot doktersassistent een jaar lang extra scholing en moet een landelijk examen afleggen. Een deel van de oplossing voor het tekort ligt in het opleiden van nieuwe triagisten. Daarbij richten de HAP’s zich vooral op herintreders. Zo is in Groningen, Drenthe en Friesland een samenwerking gestart tussen huisartsenposten, mbo’s en werkgeversorganisatie ZorgpleinNoord. Zij zijn een opleiding met baangarantie voor herintreders begonnen. Inmiddels zijn er zestien studenten begonnen.
Een ander antwoord op de schaarste is de inzet van studenten geneeskunde. In Groningen worden vierde- en vijfdejaars ingezet. Maar dat is geen duurzame oplossing. Meestal werken die maar een jaar, tot ze een specialisatie gaan kiezen.