Als het aan de nefrologen ligt zal groene geneeskunde snel gemeengoed worden. Dat blijkt uit de ambities die de Europese vereniging voor nefrologen (ERA-EDTA) bekend maakten. Als eerste beroepsvereniging gaat ERA-EDTA duurzaamheidsmaatregelen zoals aangedragen door The Lancet Countdown implementeren. Met name bij nierdialyse valt er enorm te besparen op water- en energieverbruik. De industrie reageert enthousiast, maar specialisten moeten er nog bewust van worden.
ERA-EDTA gaat praktisch inzetten op technische verbeteringen, meer gebruik van e-health en betere ondersteuning van thuisdialyse en zelfzorg, zo blijkt uit de duurzaamheidsambities die de organisatie eind mei bekend maakte. Daarnaast gaan de nefrologen scholing en onderzoek naar duurzame geneeskunde bevorderen.
Haemodialyse
De organisatie zet zich al jarenlang in voor de verbetering van kwaliteit van zorg voor patiënten met nierproblemen of nierziekten. Maar ecologische onderwerpen stonden tot op heden niet op de agenda, zoals eigenlijk bij elk specialisme. “Je kunt je afvragen waarom we er nu pas mee aan de slag gaan”, zegt Peter Blankestijn, internist-nefroloog verbonden aan UMC Utrecht en bestuurslid van ERA-EDTA. Hij schreef er een artikel over in het laatste nummer van wetenschappelijk tijdschrift Nephrology, Dialysis, Transplant (NDT). Daarin wijst hij op de interactie tussen milieu en gezondheid. Blankestijn vat samen: “Milieuvervuiling veroorzaakt allerlei ziektes bij de mens, maar andersom heeft de gezondheidszorg wereldwijd negatieve impact op het milieu.” Dat is in strijd met een van de eerste basisprincipes van artsen, namelijk die van ‘primum non nocere’: op de eerste plaats geen schade aanrichten. En juist de nefrologie is een van de specialismen die grote milieuschade veroorzaakt, zegt Blankestijn.
Denk maar aan haemodialyse. Per patiënt wordt daar meer dan 120 liter water per sessie voor gebruikt, dat verwarmd wordt tot 37 graden. Bij het proces komt veel afval vrij. Bovendien moeten nierpatiënten een aantal keer per week naar het ziekenhuis komen om aan het dialyseapparaat te gaan. Er valt dus een wereld te winnen door betere technieken en thuisdialyse.
Innovaties
Peter Blankestijn wijst op de rapporten van The Lancet Countdown on Health and Climate Change, een internationale samenwerking van 24 universiteiten, banken, overheidsorganisaties en WHO. Die constateerde dat er de afgelopen 25 jaar in de gezondheidszorg niks is gedaan op het gebied van milieubescherming en klimaatbeheersing. Pas in 2017 ontstond er een ‘momentum’ en begon een transformatie die The Lancet Countdown ondersteunt. Ze hebben daarvoor veertig indicatoren ontwikkeld en zullen daarover jaarlijks in The Lancet rapporteren. ERA-EDTA wil deze indicatoren ook implementeren.
“Het duurzaamheidsbesef ontstaat nu met name onder nefrologen in Europa en Australië”, constateert Blankestijn. “In Australië speelt vooral de waterproblematiek. In Amerika is het milieu niet zo’n issue. Maar omdat we hier met veel zijn, kunnen we als Europese organisatie echt wel impact maken.” ERA-EDTA (European Renal Association – European Dialysis and Transplant Association) heeft 7500 leden. Het is niet moeilijk om de leidende rol te pakken, zegt Blankestijn. Dat komt omdat de dialyse-industrie graag meedoet. “We hebben in Kopenhagen gesprekken gevoerd met de vier grootste leveranciers en zij willen graag partner zijn. Achter gesloten deuren zijn zij al heel ver met innovaties voor duurzaam gebruik. Daar waren wij ons helemaal niet zo bewust van. Die kennis moeten we gaan verspreiden.” ERA-EDTA wil daarom sterk inzetten op duurzaamheidseducatie. “Dan moeten we vooral de boodschap uitdragen dat groene geneeskunde nuttig en leuk is”, zegt Blankestijn enthousiast.
Het is het plan om binnen zes tot negen maanden een grote conferentie te organiseren, waarbij een ‘position statement’ met de groene ambities voor de komende vijf jaar wordt geformuleerd, vertelt Peter Blankestijn. “Ondertussen zitten we niet stil. Er lopen pilots op het gebied van waterbesparing. Die gaan we op grotere schaal implementeren. Dat is maar een voorbeeld van de vele ideeën. Er is zoveel laaghangend fruit dat we kunnen plukken.”