Onderzoekers van de TU Eindhoven hebben een operatierobot ontwikkeld die een gat kan uitboren in de schedelbasis. De verwachting is dat de robot nauwkeurigere ingrepen mogelijk maakt, met kortere hersteltijd en minder complicaties.
Het boren van een gat in de schedelbasis kan bijvoorbeeld nodig zijn om een infectie of kanker te behandelen, of om een gehoorimplantaat te plaatsen. Dit moet heel zorgvuldig gebeuren, want de gezichts- en de smaakzenuw, het binnenoor en het evenwichtsorgaan mogen niet geraakt worden. De chirurg moet dan ook met uiterste concentratie werken, en dat vaak uren aaneen, in een oncomfortabele houding.
Op verzoek van KNO-arts en schedelbasischirurg Dirk Kunst van het Radboudumc in Nijmegen ontwikkelde TU-onderzoeker Jordan Bos een robot om dit soort operaties deels of geheel over te nemen. Doordat de robot in principe sneller werkt dan de chirurg, kan de duur van de ingreep korter worden. Dat zou dit soort operaties minder belastend maken voor de patiënt en minder kostbaar.
Geavanceerde arm
De robot werkt op basis van nauwkeurige instructies van de chirurg. Die geeft op CT-beelden van de schedel van de patiënt nauwkeurig aan welk stuk bot de robot weg moet halen. De robot is feitelijk een zeer geavanceerde arm, die een bestaand chirurgisch boorapparaat vasthoudt. Voor de operatie wordt het hoofd nauwkeurig gefixeerd. Daarna boort en freest de robot de gewenste holte uit.
Een prototype van de robot RoBoSculpt is af en technisch getest. De eerste pre-klinische testen met de robot vinden dit jaar plaats bij het Radboudumc. De eerste ingreep op mensen zou over twee tot drie jaar kunnen plaatsvinden. Het is de bedoeling dat het bedrijf Eindhoven Medical Robotics de robot naar de markt gaat brengen in samenwerking met de TU Eindhoven.