Verenso, vereniging van specialisten ouderengeneeskunde, heeft samen met het Nederlands Instituut van Psychologen (NIP) een richtlijn uitgebracht over het omgaan met probleemgedrag, specifiek bij patiënten met dementie. De nieuwe richtlijn draagt bij aan een betere kwaliteit van leven van patiënten met dementie en probleemgedrag.
De richtlijn richt zich op probleemgedrag bij mensen met dementie, waaronder Verenso en het NIP de volgende vormen scharen: depressief gedrag, angstig gedrag, apathisch gedrag, psychotisch gedrag en geagiteerd gedrag. De opstellers hebben in de richtlijn voor elk van deze gedragingen bewijsmateriaal over geneeskundige behandelingen en over psychologische en psychosociale interventies samengevat, en beoordeeld middels uitgebreide literatuurreviews. De richtlijn is een herziening van de richtlijn uit 2008.
Deskundigen hanteren in de richtlijn meerdere uitgangspunten. Zo is er het uitgangspunt van de multidisciplinaire/methodische aanpak; eerst analyseren wat er aan de hand is, dan behandelen. Een ander uitgangspunt is dat er nadruk wordt gelegd op het monitoren en evalueren van psychofarmaca en dat hiervoor handvatten worden aangereikt, met als doel te komen tot passend gebruik van middelen. Verder legt de richtlijn de nadruk op een persoonsgerichte benadering van mensen met dementie en hun naasten.
Betere samenwerking
Volgens Verenso draagt de nieuwe richtlijn bij aan een betere kwaliteit van leven van patiënten met dementie en probleemgedrag én aan een betere samenwerking tussen de verschillende disciplines. “Een belangrijk doel van de richtlijn is om de lijdensdruk te verminderen, zowel van de persoon met dementie zelf, maar vaak ook van degenen die voor de persoon met dementie zorgen”, zegt Sytse Zuidema, voorzitter van de richtlijn en UMCG-hoogleraar. Lijdensdruk en gevaar kunnen afnemen als de omgeving verandert en interventies zich concentreren op verlichting van de belasting van de mantelzorgers.
De richtlijn is op initiatief van Verenso samen met het NIP tot stand gekomen, met subsidie van het ministerie van VWS en aanvullende financiering van Verenso en het NIP. Vertegenwoordigers van Verenso, het NIP, de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, V&VN en de Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie hebben de aanbevelingen voor de behandeling geformuleerd. Daarnaast werd in een klankbordgroep de expertise aangevuld met vertegenwoordiging vanuit Alzheimer Nederland en NHG/LAEGO.