Echografie
De aderen van de ene patiënt zijn makkelijker vindbaar dan die van de ander. Met behulp van echografie worden zelfs de moeilijkste aders vindbaar, toon Van Loon aan in zijn onderzoek. “Met een echo-machine kan als het ware onder de huid van de arm worden gekeken en kunnen aders die met het blote oog onzichtbaar zijn, worden opgespoord. Aders worden dan zichtbaar op de monitor van de echografiemachine, waardoor een infuusnaald gericht naar de ader kan worden gestuurd.”
A-DIVA-model
Om te bepalen of een patiënt makkelijk of moeilijk te prikken is, ontwikkelde Van Loon een model om vooraf het individuele risicoprofiel van elke patiënt te kunnen vaststellen: het Adult Difficult Intravenous Acces (A-DIVA) model. Patiënten worden met dat model ingedeeld in laag-, gemiddeld- en hoogrisico.
Slagingspercentage
Met name in die laatste groep is de succeskans tijdens de eerste poging laag, slechts 6 procent, blijkt uit Van Loons onderzoek. Deze patiënten zijn vaak extra angstig en gestresst, boven op de angst en stress die ze al hebben voor de operaties zelf. Van Loon heeft goed nieuws voor deze patiëntengroep: “Door mijn aanpak hebben we het slagingspercentage van 6 naar 94 procent kunnen brengen. Een spectaculaire verbetering!”
Model
Het A-DIVA-model wordt inmiddels in andere ziekenhuizen ingezet. Ook in Zwitserland, de Verenigde Staten en Australië is er belangstelling voor. In een Portugees ziekenhuis is al aangetoond dat het model ook daar bruikbaar is.
Training
Moeilijk prikbare patiënten worden nu vaak naar de operatiekamer gebracht om het infuus door een anesthesist aan te laten brengen. Zo’n procedure is inefficiënt, logistiek ingewikkeld en zorgt voor hoge kosten.
Daarom ontwikkelde Van Loon een training voor anesthesiemedewerkers en verpleegkundigen om echografie bij het prikken te kunnen toepassen. Na 34 gesuperviseerde echogeleide procedures blijken de cursisten in staat om in meer dan 90 procent van de gevallen de eerste prikpoging succesvol te laten zijn.
Promotie
Op vrijdag 24 september promoveert Van Loon aan de Technische Universiteit Eindhoven met zijn proefschrift: Difficult peripheral intravenous cannulation – decision-based application of point-of-care ultrasound to increase cannulation success. Hij is tevens werkzaam als cardio-anesthesiemedewerker in het Catharina Ziekenhuis Eindhoven en als docent-onderzoeker verbonden aan Fontys Hogeschool Eindhoven bij de opleiding HBO Verpleegkunde technische leerroute.
Promotoren
Van Loons promotor is Erik Korsten, verbonden aan de TU in Eindhoven. Zijn co-promotors zijn anesthesioloog Arthur Bouwman van het Catharina Ziekenhuis en Angelique Dierick, lector Decision Support: who CAREs? aan de Fontys Hogescholen. Het onderzoek van Van Loon is mede mogelijk gemaakt door het Catharina Onderzoeksfonds.