Samen met cliënten, hun naasten en zorgverleners ontwikkelden het Nivel en Koraal een trainingsprogramma voor zorgverleners dat gericht is op het toepassen van ACP in het zorgproces. Uit het onderzoek bleek dat mensen met een verstandelijke beperking graag zelf meepraten over hun toekomstige zorg, bijvoorbeeld over de vraag wat je bij een verslechtering van de gezondheid wel én niet gaat doen. Dit versterkt de eigen regie van cliënten. Voor zorgverleners blijkt het lastig te zijn om met de cliënt te praten over zijn zorgwensen.
Tien competenties
De projectgroep formuleerde tien competenties die belangrijk zijn voor zorgverleners om tijdig in gesprek te gaan over de toekomstige palliatieve zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Het programma bestaat uit een training voor zorgverleners, informatiemateriaal over ACP en een follow up-gesprek over de toepassing in het zorgproces. Het programma is bedoeld voor multidisciplinaire teams die palliatieve zorg bieden, maar is ook geschikt voor onderwijsinstellingen.
De ACP-training is getest in zes zorglocaties voor cliënten met een verstandelijke beperking en de resultaten zijn positief: zorgverleners vinden dat ze na de training beter kunnen communiceren over de wensen en zorgbehoeften van de cliënt en ook over de te maken afspraken. Zij geven dan ook aan ACP vaker toe te passen dan voor de training. Dit wordt bevestigd in de medische dossiers, waarin de afspraken die gemaakt worden in de ACP-gesprekken vaker zijn terug te vinden.
Palliantie
Het ACP-programma is mogelijk gemaakt door ZonMw, binnen het programma Palliantie. De verschillende onderdelen van het ACP-programma zijn ontwikkeld in co-creatie met onderzoekers, zorgverleners, cliënten en naasten.
Het onderzoek bestond uit een systematische literatuurstudie, een dossieronderzoek en diepte-interviews met mensen met een verstandelijke beperking, naasten en zorgverleners over hun wensen en voorkeuren wat betreft ACP. Het ACP-programma is geëvalueerd aan de hand van een digitaal vragenlijstonderzoek voor zorgverleners, zes maanden na deelname aan het programma.