De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) heeft haar onderzoek naar tien ziekenhuizen in de regio Amsterdam afgesloten. De NMa besloot daartoe nadat de ziekenhuizen eind 2010 toe hebben gezegd om geen concurrentiegevoelige informatie meer uit te wissen.
Dan gaat het om informatie die niet ouder is dan twaalf maanden. Wel mogen de ziekenhuizen nog informatie delen in de vorm van geanonimiseerde marktonderzoeken en benchmarks. Ook andere aanbieders van medisch specialistische zorg mogen kennis nemen van de uitgewisselde informatie.
NMa blij
De NMa heeft die toezegging geaccepteerd en 31 december bindend verklaard. De ziekenhuizen zullen hun onderlinge informatie-uitwisseling aanpassen. Henk Don, bestuurslid van de NMa: “Ik ben enorm blij dat de mededingingsbezwaren op deze wijze snel en efficiënt zijn weggenomen. Nu de toezegging van de ziekenhuizen er ligt, sluit de NMa haar onderzoek.”
SIGRA dienstverlening
De NMa legde in februari 2010 in het kader van het onderzoek nog bedrijfsbezoeken af bij het bureau SIGRA dienstverlening en twee Amsterdamse ziekenhuizen, het AMC en het VU Medisch Centrum. Het onderzoek richtte zich op het uitwisselen van statistische gegevens over onder meer patiëntenstromen en gerealiseerde productie binnen het platform van de SIGRA sectie-Ziekenhuizen, een zelfstandig samenwerkingsverband van de ziekenhuizen in de regio Amsterdam. De NMa heeft geconcludeerd dat de informatie concurrentiegevoelig was, maar constateerde geen overtreding.
Strategisch gedrag
De mededingingsautoriteit startte het onderzoek omdat de ziekenhuizen hun strategisch gedrag als gevolg van de uitwisseling op elkaar af zouden kunnen stemmen of de informatie zouden kunnen gebruiken in de onderhandelingen met de zorgverzekeraars. De afspraken tussen SIGRA en de NMa dateren overigens al van november.
