De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) ziet voor 2018 af van herijking van de tarieven voor wijkverpleging. Deze tarieven worden in plaats daarvan geïndexeerd.
De NZa neemt de maatregelen onder meer om tegemoet te komen aan de zorgen in het veld. Uit een kostenonderzoek bleek dat de kosten voor verpleging circa vijftien euro lager zouden uitvallen dan het huidige tarief. Branchevereniging ActiZ was één van de stakeholders die hier de afgelopen maanden kritiek op uitte. Volgens ActiZ was het onderzoek gebaseerd op kostprijzen uit ‘een oude werkelijkheid’.
Deze “blik in de achteruitkijkspiegel” doet volgens ActiZ geen recht aan actuele en toekomstige ontwikkelingen in de wijkverpleging. Zo blijven steeds meer mensen langer thuis wonen. Ook wordt de zorgvraag van cliënten zwaarder en complexer. “Evident is dat een toekomstbestendige doorontwikkeling van de wijkverpleegkundige functie gevaar loopt wanneer het tarief verpleging met een bedrag van circa 15 euro- per uur daalt”, stelt ActiZ. “Immers, er wordt zo een prikkel ingebouwd tot het leveren van ‘veel volume aan laag complexe zorg door goedkope medewerkers.”
De NZa ziet de noodzaak voor investeringen in de wijkverpleging en heeft daarom besloten de tarieven vooralsnog niet te herijken. Dit biedt tevens de mogelijkheid om actuele inzichten in kwaliteit in de herijkte tarieven te verwerken.
Cliëntkenmerken
De branchepartijen werken op dit moment aan een kwaliteitskader voor de wijkverpleging. De NZa wil op basis van dit kwaliteitskader een koppeling maken tussen kosten en kwaliteit. Daarnaast werkt de NZa samen met verpleegkundigen en wetenschappers aan een nieuw bekostigingssysteem voor de wijkverpleging waar cliëntkenmerken het uitgangspunt zijn. Het kwaliteitskader kan samen met het kostenonderzoek de basis vormen voor nieuwe tarieven voor 2019. Wanneer dit niet mogelijk blijkt zal de NZa de tarieven in 2019 herijken op basis van het kostenonderzoek.