Fysiotherapeuten willen correct declareren, maar dit lukt niet altijd. Dit beeld komt naar voren uit zestien diepte-interviews door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) naar de manier waarop fysiotherapeuten omgaan met declaratieregels. Op basis van de uitkomsten werkt de NZa samen met de beroepsorganisatie KNGF en de zorgverzekeraars aan een plan van aanpak.
In het kwalitatieve onderzoek bevestigen fysiotherapeuten dat fout declareren voorkomt. Dit komt doordat ze de (details van) de regels onvoldoende kennen.
Verder blijkt dat fysiotherapeuten vinden dat ze van de regels kunnen afwijken als ze denken dat ze recht hebben op een hogere vergoeding. Fysiotherapeuten vinden de regels van zorgverzekeraars te strikt en de gestelde eisen niet altijd reëel.
Tot slot blijkt uit de interviews dat fysiotherapeuten hun patiënten willen helpen, desnoods in hun eigen tijd. In het belang van een goede relatie houden ze zich niet altijd aan de regels. Soms zetten mondige patiënten behandelaars ook onder druk om in individuele gevallen van regels af te wijken.
Plan van aanpak
De NZa vreest dat het verkeerd declareren de zorgkosten opdrijft, waardoor de betaalbaarheid van fysiotherapie onder druk komt te staan. Daarom wil de zorgwaakhond samen met fysiotherapeuten en zorgverzekeraars een plan van aanpak maken. De verbetervoorstellen richten zich op drie pijlers: meer kennis en opleiding, minder administratieve lasten en betere voorlichting aan patiënten. Het actieplan zal na de zomer klaar zijn, aldus de NZa.