Zorgverzekeraars zetten de jarenlange trend van onderbesteding in de huisartsenzorg ondanks alle problemen door, volgens de LHV. Lammert Hoeve, bestuurslid LHV: “De LHV roept VWS, zorgverzekeraars en politiek op om te zorgen dat het geld in de praktijken belandt voor zorg aan 17 miljoen Nederlanders, die recht hebben op kwalitatief goede huisartsenzorg, met aandacht en tijd voor de patiënt, in passende huisvesting.”
Onderbesteding huisartsenzorg
In 2022 ging het om een totale onderbesteding van 154 miljoen. Geld dat hard nodig is in de huisartspraktijken voor onder andere huisvesting, personeel, starten van een praktijk, huisartsentekorten en stijgende kosten.
Hoeve: “Het is niet uit te leggen dat in tijden dat de problemen in de huisartspraktijk zo groot zijn er elk jaar weer miljoenen ongebruikt blijven liggen. De huisartsenzorg is de basis van ons zorgstelsel. Het piept en kraakt en hier en daar breekt er al wat. Het is verkeerde zuinigheid om zorggeld niet te gebruiken voor de zorg. Geld dat nu nodig voor de problemen van vandaag en morgen.”
Volgens de LHV is het slecht nieuws voor patiënten zonder huisarts en patiënten die langer moeten wachten op zorg omdat er te weinig huisartsen en praktijkmedewerkers zijn. Voor huisartsen is het onbegrijpelijk en teleurstellend dat broodnodige investeringen in de huisartsenzorg in 2022 opnieuw uitbleven. LHV ziet jaar in jaar uit VWS-begrotingen met groei voor de huisartsenzorg, maar ziet tegelijkertijd elk jaar weer miljoenen verdampen.
Met de vuist op tafel
Huisartsen hebben in Met de vuist op tafel duidelijk aangeven waar de grootste problemen zitten en waar oplossingsrichtingen. Die punten stonden veelal ook al in de Hoofdlijnenplannen (HLA) 2019-2022, maar zijn daarin niet of onvoldoende gerealiseerd. Het gevolg is dat al die jaren er miljoenen op de plank beleven liggen en de zorg er niet beter op werd.
In het Integrale Zorgakkoord (IZA) is door druk van LHV ingezet op concrete afspraken over de ANW-zorg en Meer tijd voor de Patiënt. Afspraken over veranderingen en investeringen in de huisartsenpraktijken vanaf 2023. Om zo de zorg in de avond, nacht en in de weekenden samen beter op te pakken en om meer tijd te hebben voor het goede gesprek met patiënten. Huisartsen hebben meer van dit soort afspraken nodig om concrete problemen nu op te lossen.
Jorrit Stroosma
In de GGZ bleef van 2013 t/m 2018 jaarlijks 300 miljoen voor de ambulante tak op de plank liggen bij de zorgverzekeraars, oftewel onderbesteding. Voor 2019 besloot VWS de begroting voor de GGZ maar te verlagen met 300 miljoen want dat werd toch niet besteed. Maar het geld was hard nodig in de ambulante GGZ, veel aanbieders van ambulante GGZ moesten veel geld terugbetalen aan de zorgverzekeraars omdat ze over hun omzetplafond waren gegaan.
Dan kun je niet anders concluderen dat er een vies spelletje gespeeld wordt door de zorgverzekeraars en VWS met de begroting. Met het resultaat wat we nu hebben in de GGZ, tienduizenden mensen wachten te lang op zorg, grote instellingen verliezen behandelaren, groeiend aantal dure zzp’ers, compleet verziekte relatie tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars en zo gaan we nog even door.
Hans Buijing
En een zelfde verhaal speelt in de wijkverpleging. Daar is de onderbesteding over vorig jaar alleen al ruim een miljard; en over de voorgaande jaren is dat daar een veelvoud van. Allemaal gemiste investeringsruimte: investering in personeel, in Ict en in digitale hulpmiddelen.
Ondertussen piepte ne kraakt de sector en lopen mensen weg. En is het moeilijk om nieuwe mensen te verleiden om in de sector te komen werken.