Het door de Europese Unie gefinancierde programma moet de EU-landen “meer inzicht geven en hen in staat stellen om gecoördineerd en effectief te reageren op een volgende pandemie”. Deelnemers komen uit heel de EU en hebben expertise op het gebied van gezondheidszorg, veiligheid, defensie, microbiologie, communicatie, informatietechnologie en crisisbeheer. Ze gaan onder meer werken aan een gezamenlijk systeem dat beter inzicht kan geven in “kritieke middelen”, waaronder het aantal ziekenhuisbedden, persoonlijke beschermingsmiddelen en vaccins.
Leiding
De National University of Ireland Galway heeft de leiding over het project. Tot de Raad van Advies behoren onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC).
Afgevaardigden RIVM
Namens het RIVM zitten Aura Timen en Mark Stein in het team. Timen is hoofd van de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding (LCI), Stein coördineert daar het onderzoek. Het Radboudumc heeft internist-infectioloog Chantal Bleeker, arts-microbioloog Joost Hopman en epidemioloog Alma Tostmann afgevaardigd.
“Door middel van innovaties in technologie, opleiding, communicatie en grensoverschrijdende samenwerking zullen we in de toekomst slagvaardiger te werk kunnen gaan tegen pandemieën”, zegt Bleeker.
‘Krachtig gereageerd’
Het Radboudumc meent dat Europa “krachtig op de huidige pandemie heeft gereageerd”. Desondanks is er ruimte voor verbetering. Dat is zeker nodig, aangezien de onderzoekers ervan uitgaan dat pandemieën in de toekomst vaker zullen voorkomen. “In het licht van verdere bevolkingsgroei, internationale vliegreizen en omgevingsfactoren die ook de kans vergroten dat ziekten van dieren op mensen overgaan, zijn toekomstige pandemieën onvermijdelijk.” (ANP)