De Kamer had twee weken geleden een brief van Helder geëist. De Tweede Kamer vindt de recent gestarte subsidieregeling voor werkgevers met zorgmedewerkers die langdurige Covid hebben een goed begin, maar onvoldoende. Het zieke zorgpersoneel dat aan het begin van de coronacrisis in de ‘frontlinie’ stond om als eerste coronapatiënten te verzorgen, is al ontslagen en valt met deze subsidieregeling buiten de boot.
Met de subsidieregeling kan zorgpersoneel met langdurige Covid een half jaar tot een jaar langer in dienst worden gehouden. Nu mag personeel na twee jaar ziekte worden ontslagen. Van deze subsidieregeling kan alleen zorgpersoneel met langdurige Covid profiteren, dat nog niet is ontslagen.
WIA
Een groot deel van de Kamer, zowel coalitie als oppositie, vindt dat het kabinet ook de al ontslagen zorgmedewerkers met langdurige Covid moet helpen. Zij zijn nu aangewezen op de WIA, een uitkering bij arbeidsongeschiktheid.
Helder wil ook hen tegemoet komen, maar weet nog niet hoe. Tijdens een recent gesprek tussen Helder en een aantal getroffen zorgmedewerkers “hebben zij een dringend beroep op mij gedaan om een oplossing te vinden voor de financiële gevolgen die de langdurige klachten voor hen hebben”, schrijft de minister. Ze was “erg onder de indruk” van de impact die de gebeurtenissen hebben op het zorgpersoneel dat als eerste coronapatiënten hielp.
Begrip
“Het kabinet heeft begrip voor de uitzonderlijke situatie van de zorgmedewerkers die in de eerste golf Covid hebben doorgemaakt, niet voldoende zicht op herstel hebben en daardoor met ontslag zijn geconfronteerd. De urgentie van de vraag vanuit deze zorgmedewerkers is voelbaar en het kabinet wil daarbij de betrokkenen zo goed mogelijk ondersteuning bieden”, stelt Helder in haar Kamerbrief.
Het zal gaan om hulp bovenop de ondersteuning waar zij nu al een beroep op kunnen doen en die er ook is (of komt) voor zorgpersoneel met langdurige Covid-klachten dat nog wel in dienst is. Het gaat onder meer om psychosociale hulp. Hoe die aanvullende ondersteuning eruit moet komen te zien, vraagt volgens Helder echter om een “zorgvuldig proces”. (ANP)