Ook mensen bij wie nu pas wordt vastgesteld dat zij Q-koorts hebben, kunnen aanspraak maken op een tegemoetkoming. Zij moeten de ziekte dan wel tijdens de uitbraak van 2007 tot 2011 hebben opgelopen, zegt minister Bruno Bruins (Medische Zorg). Maar een Kamermeerderheid, inclusief de regeringspartijen CDA, D66 en ChristenUnie, vindt die voorwaarde te streng.
Patiënten die zich voor 1 februari hadden gemeld, kunnen rekenen op 15.000 euro als “gebaar ter erkenning van hun leed”. Maar artsen krijgen nog altijd mensen in de spreekkamer die Q-koorts onder de leden blijken te hebben. De Tweede Kamer vond het oneerlijk dat zij achter het net zouden vissen. Daarom verruimt Bruins de regeling. Ook belooft hij alles in het werk te stellen om nog onbekende patiënten snel op te sporen.
CDA, D66 en ChristenUnie en vrijwel de hele oppositie willen ook patiënten tegemoetkomen die voor 2007 of na 2011 ziek zijn geworden. Maar daar wil de minister niet aan. De geste is alleen bedoeld voor mensen die getroffen zijn door deze Q-koorts-uitbraak, houdt hij vol.
ChristenUnie-Kamerlid Carla Dik-Faber en haar bondgenoten wilden Bruins in de richting van zo’n verruiming dirigeren door hem op te dragen te onderzoeken wat daarvoor nodig zou zijn. Maar daar stemt de minister pas mee in als zijn voorwaarden overeind blijven. De Kamerleden gaan overleggen of ze hun wens ondanks Bruins’ verzet willen doordrukken.
De minister maakt verder geld vrij om onderzoek te doen naar Q-koorts bij jongeren. (ANP)