De uitspraak is voor de sector teleurstellend, stelt ActiZ. Volgens ActiZ blijft er, met de uitspraak die er nu ligt, onduidelijkheid en komen de toegankelijkheid en kwaliteit van de zorg voor ouderen de komende jaren verder onder druk te staan.
Financiële positie
ActiZ meent dat in een bodemprocedure fundamentele en principiële vraagstukken worden behandeld. Bijvoorbeeld de vraag of de financiële positie van een zorginstelling een rol mag spelen in het vaststellen van een reëel tarief. Volgens ActiZ biedt een bodemprocedure de ruimte om deze vraagstukken breed en diepgaand te toetsen, meer dan mogelijk is in een hoger beroep. Daarom hebben de zorgaanbieders besloten niet in hoger beroep te gaan.
Tegenvaller
Voorzitter ActiZ-kerngroep Wonen en Zorg Mireille de Wee: “De uitspraak was een tegenvaller voor de sector. Wel zien we dat in aanloop naar het kort geding het richttariefpercentage is verhoogd en dat bezuinigingen op de Wlz tarieven voor 2024 van tafel zijn. Voor 2025 en verder zijn deze niet van tafel. De benodigde transitie vraagt om duidelijkheid en een voorspelbaar en transparant inkoopbeleid. Dat ontbreekt nu nog op een aantal belangrijke punten.”