Jigsaw piece Publikationsname / Publikationsnummer / E-Tag TT.MM.JJJJ (optional) H&V Journal 7-8/2014
De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) ziet bij particuliere klinieken een groter veiligheidsbewustzijn en een betere sturing op kwaliteit, maar vindt dat het op onderdelen “veel beter” moet. Zo is er bij invasieve ingrepen geregeld geen of onvoldoende screening van kwetsbare patiënten, is de hygiëne soms een punt van zorg en zijn er vaak geen samenwerkingsafspraken met ziekenhuizen. Daarbij stagneert de registratie van wondinfecties.
Dit stelt de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) in haar jaarlijkse rapport ‘Het Resultaat Telt 2014: Particuliere Klinieken’.
Als het gaat om preoperatieve screening van patiënten op delier, dan gebeurde dat slechts in 28 procent van de klinieken waar patiënten van 70 jaar en ouder worden geopereerd. “Dat is zorgelijk gezien de kwetsbaarheid van deze patiënten”, stelt de IGZ, temeer daar de hygiënische bouwkundige omstandigheden bij het inbrengen van implantaten in meerdere klinieken te kort lijken te schieten.
Tijdens inspectiebezoeken in particuliere klinieken is de afgelopen jaren gebleken dat de eisen voor verantwoorde luchtkwaliteit op OK-complexen niet altijd voldoende bekend zijn, noch nageleefd worden. “Patiënten lopen in een dergelijke situatie een verhoogd risico op postoperatieve wondinfecties”, aldus de IGZ.
Ook worden soms orthopedische-, oog- en borstimplantaten ingebracht in een operatiekamer die geen klasse 1 is, terwijl dit wel is vereist. In 132 klinieken werden operaties uitgevoerd waarbij implantaten werden ingebracht. Drie van de 132 klinieken hadden nog geen registratiesysteem voor implantaten en gaven aan in 2015 dit te regelen.
Geen stopmoment
Bovendien wordt het verplichte stopmoment voor aanvang van een ingreep in particuliere klinieken niet altijd uitgevoerd. De ‘time-out’ bij operaties was in particuliere klinieken 86 procent tegen 98 procent in de ziekenhuizen. De time-out procedure is een veiligheidsnorm die aantoonbaar tot minder patiëntenschade leidt. Van de 324 klinieken hadden 40 klinieken geen samenwerkingsafspraken met een ziekenhuis waar de patiënt in geval van een calamiteit of bij complicaties terecht kon.
Visitatie
De IGZ constateert tevens dat de controle op vakbekwaamheid te wensen overlaat. Een systeem van jaargesprekken, visitatie, IFMS en de regeling disfunctioneren voor medisch specialisten/artsen is niet in alle klinieken operationeel. De beroepsverenigingen voor de scopiërende internisten hebben in de klinieken waar KNO-artsen en scopiërende internisten werkten geen visitaties uitgevoerd. In 20 klinieken (80 procent), van de 25 klinieken waar cosmetisch artsen werken, zijn de cosmetisch artsen niet gevisiteerd door de beroepsvereniging. “De bekwaamheid, het functioneren van de cosmetisch arts, is zo niet of onvoldoende in beeld”, aldus de IGZ.
Registratie stagneert
Van de 127 klinieken die aangaven cosmetische ingrepen uit te voeren, gaven 40 klinieken (31 procent) aan geen registratie te voeren van ongeplande her-operaties binnen 12 maanden na de initiële ingreep. Daarnaast stagneert het registreren van en controleren op postoperatieve wondinfecties na invasieve ingrepen. In 2013 werd in 7 procent van de klinieken (17 klinieken) niet geregistreerd en dat is verslechterd naar 8,8 procent (23 klinieken) van de 260 klinieken die invasieve behandelingen aanbieden. De klinieken die heupprothesen plaatsten en bariatrische ingrepen uitvoerden scoorden het slechtst. Van de klinieken die heupprothesen plaatsten registreerde 42 procent geen postoperatieve infecties en van de klinieken die bariatrische ingrepen uitvoerden was dit 46 procent.
Ondanks de tekortkomingen zijn patiënten over het algemeen tevreden. Van de 324 klinieken hebben 288 klinieken een patiënttevredenheidsonderzoek uitgevoerd. Het cijfer was gemiddeld een 8,5. Daarnaast heeft ruim 80 procent van de klinieken heeft een kwaliteitscertificaat (het merendeel betreft een ZKN keurmerk).