Zorgaanbieders zijn voorstander van een nieuwe financieringsvorm, zorgverzekeraars willen de huidige bekostigingssystematiek aanhouden.
Dat blijkt uit het Advies Landelijke Inrichting Zorgcoördinatie dat is opgesteld door Ambulancezorg Nederland (AZN), het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ), InEen, Actiz en Zorgverzekeraars Nederland. Behalve over de bekostiging lopen de meningen van de partijen uiteen over de schaalgrootte en de governance.
De tijd dringt, want de regio’s moeten in 2024 met de zorgcoördinatie van start gaan. Minister Kuipers heeft de Tweede Kamer toegezegd binnen een maand een knoop door te hakken.
Zorgcoördinatiecentra
De regio’s moeten snel kunnen beginnen met de inrichting van de zorgcoördinatiecentra. Dit kan voorlopig alleen op basis van de huidige bekostigingssystematiek, want de ontwikkeling van nieuwe bekostigingsvormen vraagt in dit opzicht te veel tijd. Voor de langere termijn doen de partijen in het adviesrapport drie verschillende suggesties. Zorgaanbieders zien wel wat in de opties 2 en 3 en absoluut niet in optie 1. Zorgverzekeraars vinden alleen optie 1 een reële mogelijkheid en wijzen opties 2 en 3 af omdat deze de zorg te duur maken.
Drie opties voor bekostiging
- Huidige bekostiging
In de eerste optie blijft de huidige bekostigingssystematiek in stand. De financiering van de zorgcoördinatie verloopt via de individuele ketenpartners. Naar verwachting zijn de veldpartijen geholpen met aanpassing van de huidige betaaltitels, zodat deze de samenwerking beter stimuleren. Voorwaarde is dat in de regio financiële en samenwerkingsafspraken worden gemaakt tussen zorgaanbieders onderling binnen de afspraken die zij maken met zorgverzekeraars.
De individuele bekostiging maakt het lastig voor ketenpartners om zorgsoortoverstijgende activiteiten voor elkaar te krijgen. Daarnaast bestaat het risico op een grote mate van variatie tussen regio’s en hogere administratieve lasten.
- Prestatie of budgetbekostiging
De inrichting van een nieuwe, aparte bekostiging in de vorm van prestatie- of budgetbekostiging kan leiden tot het afgeven van een goede prikkel om zorgcoördinatie te realiseren, zo stellen de zorgaanbieders. Daarnaast schept een aparte bekostiging duidelijkheid voor het zorgveld. Als een nieuwe bekostiging wordt ingericht, moeten inkoopafspraken worden geschoond. De ervaring leert dat het schonen van inkoopafspraken tijd kost en extra, structurele, kosten met zich meebrengt. Daarnaast geldt dat zorgaanbieders regionale afspraken moeten maken voor het schonen van de inkoopafspraken en hun registratie en declaratiesystemen moeten aanpassen.
- Beschikbaarheidbijdrage
Beschikbaarheidsbekostiging kan passen bij samenwerking die plaatsvindt binnen zorgcoördinatie. Deze vorm van bekostiging is aan strikte regels gebonden op de grond van Wet marktordening gezondheidszorg. Ook beperkt deze optie de regionale vrijheden omdat bekostiging en financiering op landelijk niveau worden bepaald. Daarnaast is het nog niet duidelijk of een beschikbaarheidbijdrage “de juiste prikkel met zich meebrengt”.
Scenario’s
- Samenwerkingsverband
Per ROAZ worden door de samenwerkende zorgaanbieders maximaal drie subregio’s aangewezen, waarbinnen deze zorgaanbieders een eigen zorgcoördinatiecentrum vormen. Zorgaanbieders in de sub-regio financieren samen hun eigen zorgcoördinatiecentrum. Ze onderhandelen individueel met de zorgverzekeraar over hun financiële bijdrage en zorgverzekeraars hanteren hierbij de bestaande inkoopmodellen. De zorgaanbieders binnen een sub-regio dragen hierbij grote verantwoordelijkheid voor het maken en nakomen van onderlinge financiële afspraken.
- Eén rechtspersoon
Een variatie op het vorige scenario is dat de zorgaanbieders binnen een zorgcoördinatiecentrum samen een rechtspersoon vormen. Dat kan in een shared service model, of in een systeem met één afgevaardigde zorgaanbieder die zich richt tot de zorgverzekeraars. Het zorgcoördinatiecentrum wordt bekostigd op basis van prestatie- of budgetbekostiging die uitgaat van niet-concurrentiële inkoop door zorgverzekeraars. Er kan zelfs worden gekozen voor beschikbaarheidsbekostiging. In dat geval hebben zorgverzekeraars geen rol meer, maar kent de NZa een beschikbaarheidsbijdrage toe.
- Eén coördinatiecentrum per ROAZ
De relevante zorgaanbieders binnen het ROAZ vormen één zorgcoördinatiecentrum dat verantwoordelijk is voor het operationaliseren van het zorgcoördinatiebeleid. Het coördinatiecentrum vormt ofwel een rechtspersoon ofwel een zelfstandige zorginstelling, die zich richt tot de zorgverzekeraars. Net als in het vorige scenario wordt het zorgcoördinatiecentrum bekostigd op basis van prestatie- of budgetbekostiging die uitgaat van niet-concurrentiële inkoop door zorgverzekeraars. Ook hier kan de keuze vallen op beschikbaarheidsbekostiging. Afhankelijk van de ervaringen of arbeidsmarktkrapte kan het zorgcoördinatiecentrum het aantal netwerken verkleinen of vergroten en is daarbij zelf verantwoordelijk voor het passend maken van de bekostiging en financiering van de verschillende netwerken.
Zorgaanbieders
De zorgpartijen ActiZ, AZN, InEen en LNAZ vinden met nadruk dat starten met de huidige bekostigingssystematiek uitsluitend een tussentijdse oplossing is om snel van start te kunnen. Scenario 1 vinden zij dus niet passend bij de ambities van zorgcoördinatie. De zorgaanbieders ervaren binnen de huidige bekostigingssystematiek knelpunten om daadwerkelijk domeinoverstijgend samen te werken. Daarnaast bestaat in scenario 1 het risico dat een samenwerkingsverband onvoldoende vorm krijgt om een ZCV te creëren. Echte doorzettingsmacht ontbreekt en zorgverzekeraars moeten naar verwachting een sturende rol gaan spelen. De zorgpartijen zijn van mening dat er een nieuwe, aparte bekostiging moet komen voor succesvolle en duurzame organisatie van zorgcoördinatie (scenario 2 of 3). Dit kan in de vorm van prestatie- of budgetbekostiging of beschikbaarheidsbekostiging voor een rechtspersoon of zelfstandige zorginstelling. Deze opties ondersteunen en faciliteren de wens van de zorgpartijen om domeinoverstijgend te denken en samen te werken en dienen daarmee het doel van zorgcoördinatie.
Zorgverzekeraars
ZN vindt uitsluitend scenario 1 acceptabel en ziet deze dus ook als inrichting voor de lange termijn. ZN is ervan overtuigd dat met inrichting van zorgcoördinatie gebaseerd op samenwerkingsafspraken en de doorontwikkeling van de huidige bekostiging de doelen van zorgcoördinatie behaald kunnen worden. Juist door het maken van afspraken in de regio ontstaat de meest solide basis en commitment bij alle zorgpartijen, omdat zij samen tot een gedragen en gedegen uitwerking komen. ZN vindt het te risicovol om bij voorbaat vast te stellen dat scenario 2 of 3 nodig is voor succesvolle zorgcoördinatie, gezien de majeure operatie die hiermee gepaard gaat en het ontbreken van bewijslast over de mate van het effect van een nieuwe inrichting van zorgcoördinatie.
ROAZ
Het ROAZ heeft vanuit het IZA de opdracht gekregen voor de zomer van 2023 een ROAZ-beeld op te stellen. Dit ROAZ-beeld biedt de context en het startpunt voor het maken van een ROAZ-plan, waar zorgcoördinatie een belangrijke plek dient te krijgen. Vanaf 2024 start het ROAZ met de implementatie van zorgcoördinatie.
Jorrit Stroosma
*ZUCHT*
Zorgverzekeraars zijn de bijl aan de wortels van zorg waar we trots op kunnen zijn.
Schuiringa
Iedereen ziet dat de wet van Borst is mislukt. Dit is de olifant in de kamer voor de zorgverzekeraars.
Voer de zorgwet vsn 2005 weer in. Gerf de macht dn verantwoordelijkheid terug aan de zorgvetleners. Schaf de zorgverleners af. Een uitbetaalbureau kan ze vervangen. Stel landelijke vergoedingslijsten op. Vooral geen IZA en afschaffen ALLE bureaucratische ovetleggen, administraties rn controles.
De zorgvetlener werkt en declareert. Zorgverleners zorken zelf wel uit waar de patient het beste geholpen kan worden
Schuiringa
Schaf de zorgverzekeraars af