Bij een neuromodulatiebehandeling wordt een elektrode dicht bij het ruggenmerg (in de epidurale ruimte) of op de verdikking van de zenuwbaan geplaatst. De elektrode is een draad, waarmee stroomstootjes worden gegeven om zo de pijn te verminderen of te laten verdwijnen. Dit gaat via een apparaatje (de neurostimulator) dat onder de huid van de patiënt wordt aangebracht. Patiënten kunnen deze met een iPod bedienen en de intensiteit van stroomstootjes aanpassen op het moment van pijn. Sommige patiënten hebben bijvoorbeeld tijdens het slapen minder last van hun chronische pijn, dan kan de stimulatie zachter of zelfs uitgezet worden.
Op afstand controleren
Patiënten moesten voorheen naar het ziekenhuis komen om de neuromodulatie te laten controleren en indien nodig het programma aan te passen naar hun behoefte. Met deze nieuwe technologie, onderdeel van Abbott’s NeuroSphere Virtual Clinic, kunnen zorgverleners van het St. Antonius de neurostimulator voortaan op afstand controleren en bijstellen als dat nodig is.
Uitgekozen moment
De zorgverlener maakt op het samen uitgekozen moment via een tablet verbinding met de iPod van de patiënt. Vervolgens zien behandelaar en patiënt elkaar en kan de controle of het bijstellen beginnen. De zorgverlener bekijkt bijvoorbeeld of de elektrode het nog goed doet en of de stimulatie standaard verhoogd of verlaagd moet worden. Via de tablet kan hij/zij dit instellen, de patiënt voelt direct een verschil.
In het St. Antonius worden per jaar ongeveer 120 patiënten met chronische pijn behandeld met neuromodulatie. Vanaf december 2021 worden al meer dan 20 patiënten thuis geholpen dankzij de nieuwe technologie.