De raad van toezicht van Vivantes stapt op korte termijn op omdat de ondernemingsraad (OR) en de centrale cliëntenraad het vertrouwen in het orgaan hebben opgezegd. De medezeggenschapsorganen hebben zorgen over de financiële situatie van Vivantes, de kwaliteit van zorg en de continuïteit van het bestuur.
De medezeggenschapsorganen hebben een melding gedaan bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). Volgens de OR en cliëntenraad heeft de raad van toezicht haar rol als toezichthouder onvoldoende tijdig, scherp en proactief vervuld. Eén van de kritiekpunten betreft het operationele verlies van enkele tonnen in euro’s dat Vivantes voor 2016 verwacht. Dit is onder meer het gevolg van een investering in domotica, volgens Joris de Jong, interim-voorzitter van de raad van bestuur.
Deze investering heeft niet de verwachte besparing op personeel opgeleverd, terwijl er wel zorgmedewerkers zijn afgevloeid. Momenteel is Vivantes dan ook bezig met het aannemen van medewerkers. Hiermee beoogt de zorgaanbieder de kwaliteit van zorg weer op orde te brengen, volgens De Jong. Volgens hem rekent Vivantes erop weer zwarte cijfers te schrijven in 2017, onder meer door meer extramurale zorg te leveren. Het financiële verlies kan worden gedragen gedragen uit de reserves, zegt een woordvoerder van Vivantes.
Grote uitdaging
De raad van toezicht kan zich niet vinden in de argumenten, maar respecteert niettemin het besluit van de beide medezeggenschaporganen en “betreurt de situatie zeer”. “Vivantes staat – net als alle zorginstellingen – voor de grote uitdaging om de best mogelijke zorg en welzijn te leveren aan haar cliënten, terwijl daarvoor minder financiële middelen beschikbaar worden gesteld door de overheid en de eisen die aan de zorg worden gesteld, steeds hoger worden. De raad van toezicht is van mening dat het in belang van Vivantes is dat er sprake is van rust in de organisatie en wederzijds vertrouwen tussen alle betrokkenen.”
De toezichthouders hebben in het belang van de organisatie en de cliënten en de medewerkers besloten om “op een zorgvuldige manier op korte termijn terug te treden”. De raad van toezicht zal dit proces in nauw overleg met de centrale cliëntenraad en de ondernemingsraad gaan vormgeven om te komen tot een juiste en breed gedragen samenstelling van de nieuwe raad van toezicht.