Tien gemeenten in de regio Den Haag moeten van de rechter hogere tarieven betalen voor de zorg die jeugdzorginstellingen leveren. De rechtbank Den Haag heeft dit dinsdag bepaald in een kort geding, dat door de instellingen was aangespannen.
De tarieven die de gemeenten momenteel aanbieden, zijn niet kostendekkend en daardoor in strijd met de voorwaarden van de jeugdwet. Dat schrijft de Volkskrant.
‘Volstrekt ontoereikend’
Gemeenten Den Haag, Delft, Midden-Delfland, Leidschendam-Voorburg, Pijnacker-Nootdorp, Rijswijk, Voorschoten, Wassenaar, Westland en Zoetermeer zouden volgens de instellingen tarieven hebben aangeboden voor de periode 2020 tot en met 2024, die volstrekt ontoereikend zijn om het werk goed uit te voeren. Zo is ‘indirect’ contact met cliënten niet meer declarabel. Het gaat dan om het lezen van dossiers, maar ook overleg met betrokkenen, zoals school, gezin en werk. Om niet met lege handen te komen staan, moesten ze zich toch op het aanbod inschrijven. Jeugdzorginstelling Jeugdformaat besloot naar de rechter te stappen en andere instellingen sloten zich bij de procedure aan.
Kostendekkend
Advocaat Tim Raats, namens Jeugdformaat, zegt in de Volkskrant erg blij te zijn met de uitspraak: ‘Het vonnis geeft kansen om tot kostendekkende tarieven te komen.’ Ook kan de uitspraak volgens hem gevolgen hebben voor de tarieven in de rest van het land. ‘Er ligt nu een aantal uitspraken van rechtbanken en gerechtshoven over tarieven en voorwaarden voor jeugdhulp. Daaruit blijkt dat gemeenten simpelweg kostendekkende tarieven moeten hanteren.’
Financiële situatie
Eerder deze week publiceerde zorginkoopcoöperatie Intrakoop een rapport over de financiële situatie van jeugdzorginstellingen. Een kwart van de instellingen komt uit in de rode cijfers. Intrakoop baseert zich op de Jaarverslagenanalyse Jeugdzorg 2018, waarvoor 268 jaarverslagen van jeugdzorgorganisaties werden bekeken.