Tot 2015 was het voor seksueel actieve homo- en biseksuele mannen helemaal niet toegestaan om bloed te doneren. Dat was zo, omdat zij statistisch een hoger risico lopen op infectieziekten als hiv, het seksueel overdraagbare virus dat aids veroorzaakt. De uitsluiting werd door veel mannen als discriminerend ervaren.
Duurzame monogame relatie
Vervolgens werd de regel dat bloeddonatie alleen mocht als de donor in de vier maanden daarvoor geen seks hadden gehad. Na onderzoek werden vorig jaar de regels pas echt versoepeld. Bloed- en plasmadonatie werd mogelijk voor mannen die een “duurzame monogame relatie” hebben met andere mannen. Dat wil zeggen dat ze langer dan een jaar samen zijn. Ook wie vier maanden geen seks had, mocht blijven doneren.
Door de aanvullende vragenlijst moet straks duidelijk worden of mensen die bloed willen doneren door hun gedrag wel of geen verhoogd risico lopen. Een belangrijke vraag kan dan bijvoorbeeld zijn of iemand die wisselende bedpartners heeft altijd een condoom gebruikt.
Geaardheid
Kuipers vindt het een goede zaak dat de bloedbank deze wijziging wil doorvoeren. “Ik ben blij dat individueel risicogedrag leidend wordt bij het donorselectiebeleid en niet iemands geaardheid.”
COC Nederland ziet met de wijziging een jarenlange wens in vervulling gaan. De belangenorganisatie voor LHBTI’s zegt de uitvoering nauwgezet te gaan volgen. “De aanhouder wint’’, zegt voorzitter Astrid Oosenbrug. “Niet met wie je seks hebt, maar of je veilige seks hebt moet bepalend zijn voor de vraag of je bloed mag doneren.” (ANP)