In hoeverre de ruim 2 miljard aan kwaliteitsgelden de verpleeghuiszorg daadwerkelijk verbeteren, is op dit moment niet goed vast te stellen. Volgens de Algemene Rekenkamer krijgen de zorgkantoren onvoldoende informatie van verpleeghuizen om te boordelen of de kwaliteitsgelden doelmatig worden besteed.
Eén en ander komt naar voren uit onderzoek naar het ‘Kwaliteitskader Verpleeghuiszorg’. Op grond van dit kader is het budget voor de verpleeghuizen in 2017 structureel met 2,1 miljard euro verhoogd. In 2017 en 2018 is in totaal al 535 miljoen euro al beschikbaar gesteld. Voor dit jaar gaat het om 600 miljoen euro. Met dit extra geld moeten de verpleeghuizen zorgen voor verbetering van de kwaliteit van de zorg. De Tweede Kamer heeft de minister van VWS verzocht om te garanderen dat het geld vooral aan extra personeel wordt besteed.
Informatie
Met het oog hierop is een verdeelsleutel bedacht op grond waarvan 85 procent van de kwaliteitsgelden naar nieuw personeel moet gaan. Om grip te houden op de besteding zijn de kwaliteitsgelden voorlopig ook ondergebracht binnen een afzonderlijk ‘kwaliteitsbudget’. De zorgkantoren hebben de taak gekregen om het extra geld over de verpleeghuizen te verdelen. De Rekenkamer constateert nu dat zorgkantoren nog niet over de informatie beschikken die zij nodig hebben om te kunnen sturen op kwaliteitsverbetering of doelmatige besteding van de extra middelen.
Bezettingsgraad
Als voorbeeld noemt de Rekenkamer de manier waarop nu wordt gemeten of een verpleeghuis voldoet aan de norm voor aanwezigheid van voldoende en vakbekwaam personeel – in het kwaliteitskader genoemd als cruciale randvoorwaarde voor goede zorg. In de praktijk geven aanbieders een algemeen beeld van de samenstelling van het personeelsbestand. De Rekenkamer betwijfelt of dit een goed beeld geeft van de daadwerkelijke aanwezigheid van personeel. De zorgkantoren kunnen zich in ieder geval geen goed beeld vormen van de situatie op de afzonderlijke locaties, doordat de verpleeghuizen de scores niet aanleveren op locatieniveau maar op instellingsniveau.
Te globaal
Betere informatie is volgens de Rekenkamer nodig om het parlement en de samenleving duidelijk te maken in hoeverre de beoogde kwaliteitsverbetering in de verpleeghuizen is gerealiseerd. Het gaat dan met name om de vraag of de bereikte kwaliteitsverbetering in een goede verhouding staat tot de extra uitgaven. De Rekenkamer adviseert de minister van VWS om er snel voor te zorgen dat de zorgkantoren beter geïnformeerd worden over de kwaliteit en het doelmatig functioneren van de verpleeghuizen. Volgens de Rekenkamer is met name de methode om cliënttevredenheid te meten nu te globaal.
Arbeidsmarkt
De Rekenkamer plaatst ook vraagtekens bij de houdbaarheid van de 85-15 verdeelsleutel. Concreet komt dit er op neer dat er 40 duizend nieuwe voltijds werknemers moeten worden aangetrokken. “Gezien de krapte van de arbeidsmarkt in de zorg, is het de vraag of het benodigde personeel gevonden gaat worden”, stelt de Rekenkamer. “Dit probleem kan zich al in 2019 voordoen, maar de kans daarop kan de jaren erna groter worden als de arbeidsmarkt nog krapper wordt geeft zich rekenschap van het feit.”
Sprekende bloempot
Zorgaanbieders pleiten er onder aanvoering ban branchevereniging ActiZ daarom voor om de verdeelsleutel aan te passen, zodat er meer financiële ruimte komt voor arbeidsbesparende technologische innovaties. Om bij de zorginkoop dergelijke wensen en initiatieven van verpleeghuizen op waarde te kunnen schatten, hebben de zorgkantoren volgens de Rekenkamer meer kennis nodig over de effectiviteit van technologische oplossingen. Van technologische zorginnovaties als gps-trackers, incontinentiesensoren en ‘sprekende bloempotten’, moet op zijn minst voldoende aannemelijk zijn dat ze bijdragen aan de goede zorg en welzijn van cliënten in verpleeghuizen.